De Friese advocaat die vorig jaar augustus medewerkers van een GGD-prikbus intimideerde, is door de Raad van Discipline vier weken voorwaardelijk geschorst. Advocaat Arno van Kessel maakte onder meer amok bij een voorlichtingsbijeenkomst over vaccinatie op een school in Drachten.
De Noord-Nederlandse deken Eef van de Wiel had een dekenbezwaar ingediend tegen Van Kessel. Zij verweet hem onder meer onvoldoende professionele distantie tot zijn cliënt – Artsen voor Waarheid, een stichting waarvan hij ook penningmeester is – en zijn ‘provocerende, intimiderende en agressieve’ benadering van GGD-medewerkers.
Van Kessel trad tot eind vorig jaar op als advocaat namens de stichting Artsen voor Waarheid. Op 30 augustus 2021 ging hij samen met een vrouw die zichzelf voordeed als arts naar ROC Friese Poort in Drachten. Daar zou die dag een prikbus van de GGD staan, om voorlichting te geven aan medewerkers en studenten over coronavaccinaties en eventueel meteen hierna te vaccineren.
Volgens het feitenrelaas in de tuchtuitspraak kwamen Van Kessel en de arts dankzij een overrompelde receptionist de school binnen. De advocaat deelde niet alleen visitekaartjes uit aan studenten en docenten, maar ook formulieren van zijn kantoor. Hierop stonden kritische vragen aan de GGD over het coronavaccin en eventuele letselschade als gevolg van vaccinatie. Toen de schooldirectie de advocaat en de arts vroeg om te vertrekken, weigerden ze dit. Pas na tussenkomst van de politie en handhaving gingen ze weg.
‘Een aanval op de mensheid’
Het ROC deed een week later aangifte wegens huisvredebreuk. Volgens de getuigenis van een medewerkster had Van Kessel staan schreeuwen in de kantine (‘Dit zijn oorlogspraktijken! Een aanval op de mensheid!’) en was er geen normaal gesprek met hem te voeren. Hij vroeg de GGD-medewerkers meerdere keren op agressieve toon om hun naam, zodat hij een strafzaak zou kunnen beginnen, aldus het relaas. “Tegen de politie zei hij dat hij advocaat was van alle studenten van de school.”
Dezelfde dag deed de prikbus het dorpshuis in Opeinde aan, waar de advocaat en zelfbenoemde arts zich ook weer meldden. Van Kessel vroeg opnieuw dwingend om de namen van de GGD-medewerkers, en zei hen dat ze zich wellicht schuldig maakten aan ernstige misdrijven. Geen van de GGD’ers hield zich volgens de advocaat aan de wet; tegen iedereen kon aangifte worden gedaan, riep hij. Het hele gebeuren werd gefilmd door een sympathisant en op YouTube gezet.
Bij de Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden stelde Van Kessel in zijn verweer dat hij juist was uitgenodigd door een aantal ‘verontruste docenten’ om naar de GGD-voorlichting te komen en daar kritische vragen te stellen. Van huisvredebreuk was geen sprake; ze hadden zich toch netjes gemeld bij de receptie. En het was juist de GGD-clustermanager die zich agressief en bedreigend had gedragen, aldus Van Kessel. Daarnaast stond het hem vrij om ook naar de andere priklocatie te gaan om daar ‘op basis van de geldende rechtspraak vragen te stellen’. Overigens heeft hij zich door het dekenbezwaar teruggetrokken als advocaat van de stichting, naar eigen zeggen om ‘iedere schijn van onvoldoende onafhankelijkheid en onvoldoende professionele distantie’ te vermijden.
Onafhankelijkheid uit het oog verloren
De Raad van Discipline is echter duidelijk in zijn uitspraak van maandag 7 maart: de advocaat had nooit zonder toestemming de school mogen binnengaan, en hij had bovendien direct moeten vertrekken toen de schoolleiding hem daarom vroeg. Bovendien had Van Kessel zich ‘moeten beraden op legale middelen om het standpunt van zijn cliënte voor het voetlicht te brengen’. Zo had hij bijvoorbeeld namens de stichting een kort geding tegen de beleidsmakers kunnen beginnen. Of hij had simpelweg eerst toestemming kunnen vragen aan de schoolleiding of hij als advocaat mocht komen.
‘Als verweerder had vastgesteld dat hem geen legale middelen (meer) ten dienste stonden om het standpunt van zijn cliënte te verwoorden, dan had hij dat als professionele advocaat aan zijn cliënte moeten mededelen en zich als advocaat van onrechtmatige acties dienen te onthouden,’ oordeelt de raad. ‘[…] Verweerder heeft door zich volledig te scharen achter de denkbeelden van zijn cliënte en die ook op voornoemde locaties uit de dragen zoals door hem gedaan, zijn professionele rol als onafhankelijk advocaat uit het oog verloren.’
Verder heeft Van Kessel zich ‘niet integer’ gedragen tegenover de school- en GGD-medewerkers, vindt de raad, ‘door hen op hun werklocaties te overrompelen en door zich daarbij in hun beleving op provocerende en intimiderende wijze te gedragen, zich daarbij bovendien presenterend als advocaat.’ Juist op juridische leken kan dit heftig overkomen, en dat had de advocaat zich wel beter mogen realiseren.
Zodoende verklaart de Raad van Discipline het dekenbezwaar geheel gegrond; met zijn provocerende optreden heeft Van Kessel de advocatuur ‘in een zeer negatief daglicht’ geplaatst. ‘Juist van een advocaat mag, in een tijdsgewricht van ernstige polarisatie, extra zorgvuldigheid in zijn optreden worden verwacht.’ Omdat Van Kessel inmiddels niet meer als advocaat optreedt namens de stichting, legt de tuchtrechter een voorwaardelijke schorsing op van vier weken, met een proeftijd van twee jaar. ‘In die tijd kan verweerder laten zien dat hij als professioneel advocaat zijn werkzaamheden zal verrichten.’