Naar nu blijkt is advocaat Van Daatselaar uit Hoogeveen begin dit jaar liefst vijf keer van het tableau geschrapt. De Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden ontwaarde een patroon bij hem: ‘De gedragingen van verweerder zijn geen incidenten maar passen in een structureel patroon van volstrekt onvoldoende besef van verantwoordelijkheid met betrekking tot de belangen van cliënten’.
Door Joris Rietbroek
Van Daatselaar dreef tot begin dit jaar zijn kantoor Sense Advocatuur in Hoogeveen. Zijn vijfvoudige schrapping van het tableau op 6 januari dit jaar werd niet eerder dan afgelopen week bekend via publicatie van de uitspraken in de klachtzaken tegen hem op tuchtrecht.nl.
De betreffende klachten vloeien voort uit zaken die in 2015 mis gingen. Zo ging de advocaat in het voorjaar van 2015 de fout in bij een bezwaar tegen een beslissing van het UWV. Hij had vier weken de tijd om de gronden van het beroep in te dienen bij de rechtbank, maar wegens een verblijf in het buitenland vroeg hij om uitstel. Dit uitstel kreeg hij niet, waarna de rechtbank het beroep van zijn cliënt niet-ontvankelijk verklaarde. Een verblijf in het buitenland is geen uitzonderlijke omstandigheid, aldus de rechter toen.
In een andere arbeidsrechtzaak over de vergoeding van de kosten van rechtsbijstand, stond de advocaat van 2010 tot 2014 een cliënt bij. Gedurende die periode deed hij niet veel meer dan af en toe een algemene brief sturen naar diens ex-werkgever, met hierin het verzoek om een vordering te betalen. Andere concrete maatregelen nam de advocaat niet, aldus de klagende cliënt, ook niet toen betaling uitbleef.
In een derde zaak deed de advocaat zelfs helemaal niets. In de zomer van 2015 kreeg hij van een vrouw de opdracht haar echtscheiding te regelen. Hij loog tegen haar dat het echtscheidingsverzoek was ingediend bij de rechtbank, maar aan het eind van het jaar was de scheiding nog steeds niet rond en wist men bij de rechtbank van niets. De plaatselijk deken voegde zich bij deze klacht, onderstrepend dat alleen al hiervoor schrapping van het tableau gerechtvaardigd zou zijn.
Van Daatselaar erkende vorig jaar voor de Raad van Discipline dat hij ‘te veel hooi op zijn vork heeft genomen door te veel zaken aan te nemen’ en dat hij hardleers is geweest met het oog op eerdere tuchtrechtelijke veroordelingen. Hij beloofde daarom zijn praktijk anders in te richten door enkel nog strafzaken te doen, maar zijn verweer mocht niet baten.
Alleen al het gebrek aan adequaat optreden in deze zaken zou genoeg zijn voor een zware maatregel, aldus de Raad van Discipline. Daar komt nog bij dat er een patroon zichtbaar is: de advocaat heeft onvoldoende besef van de verantwoordelijkheid die hij heeft richting zijn cliënten. ‘Dat patroon schept tevens een beeld van een advocaat die zich niet bewust is van de verplichtingen die passen bij de kernwaarden van de advocatuur,’ stelt de raad. ‘Verweerder heeft het vertrouwen van cliënten ernstig beschaamd en is ernstig tekort geschoten in de zorg die hij hun verschuldigd was.’
Schrapping in liefst vijf tuchtzaken, luidt de slotsom: ‘Verweerder heeft onvoldoende inzicht getoond in het laakbare van zijn handelwijze […] en geen blijk heeft gegeven van inzicht in de ernst en de schade die hij teweeg heeft gebracht. Bovendien was verweerder gewaarschuwd door de eerdere tuchtrechtelijke veroordelingen uit 2011 en 2014 […]. De raad komt dan ook tot de conclusie dat verweerder niet in de advocatuur thuis hoort.’