Een advocaat die aangeeft een dossier pas over te dragen als zijn voormalige cliënt de tuchtklacht over hem laat vallen: volgens de ex-cliënt is het chantage, de advocaat noemt het onderhandelen. Van de tuchtrechter krijgt hij een schorsing van vier weken.
Een man die gewond raakte bij een bedrijfsongeval in 2018 zette hiervoor een advocaat in. Na drie jaar is de zaak nog altijd niet beslecht, en verzoekt de man zijn advocaat het dossier over te dragen aan een nieuwe advocaat.
Zijn oorspronkelijke advocaat geeft hiervoor echter een voorwaarde; om het dossier te ontvangen moet de man zijn tuchtklacht laten vallen die op dat moment tegen hem loopt. Dit is volgens de raadsman geen chantage, maar ‘onderhandeling’.
Eerdere tuchtzaak
De man zet zijn tuchtklacht door, en in februari 2023 wordt deze behandeld door de Raad van Discipline. Het levert de advocaat uiteindelijk een schorsing van acht weken op, waarvan vier weken voorwaardelijk. Dit onder andere door het slecht bereikbaar zijn voor zijn cliënt, het niet op de hoogte houden van zijn cliënt en het weigeren van het verstrekken van het dossier. Naar het oordeel van de raad is de advocaat verplicht het dossier aan zijn cliënt te verstrekken.
Ook in deze nieuwe tuchtzaak bij de Raad van Discipline staat het niet overhandigen van het dossier centraal; er zijn nieuwe feiten naar voren gebracht, waardoor het onderwerp opnieuw behandeld wordt door de tuchtrechter. De advocaat stelt dat hij in zijn recht stond het dossier nog niet over te dragen, omdat de factuur door zijn ex-cliënt nog niet betaald was.
Deze facturen kan hij echter niet aan de raad laten zien. De raad noemt dit dan ook een “niet onderbouwde weigering van verweerder om het dossier aan klager terug te geven.” De man zelf stelt overigens dat hij nooit een factuur ontvangen heeft, en dat hij ook niet weet wat er nog openstaat. Hoe de advocaat zich op het retentierecht beroept, begrijpt hij dan ook niet.
Aansprakelijkstelling
Sinds de eerste tuchtzaak heeft de man bij de advocaat aangegeven dat hij door het voortslepen van de zaak schade heeft opgelopen, en dat hij deze graag verhaald ziet op de advocaat. De advocaat weigerde echter de aansprakelijkstelling door te sturen naar zijn aansprakelijkheidsverzekeraar. Volgens hem was dit ‘prematuur’, en moest de aansprakelijkstelling eerst concreter gemaakt worden.
De raad volgt zijn redenatie echter niet; ook een vage klacht kan direct doorgegeven worden aan een verzekeraar. Bovendien volgde deze aansprakelijkstelling op de eerste tuchtzaak, en had de advocaat volgens de tuchtrechter dus kunnen weten waar het over ging. De tuchtrechter noemt het onzorgvuldig en onbetamelijk handelen.
De advocaat kan in ieder geval ook tijdens deze tuchtzaak op weinig begrip van de tuchtrechter rekenen. Door zich volgens de raad onterecht op het retentierecht te beroepen en lange tijd te weigeren het dossier over te dragen, heeft hij onzorgvuldig en onprofessioneel gehandeld en bovendien de belangen van zijn ex-cliënt geschaad. Door eerder opgelegde waarschuwingen en berispingen, en de grote samenhang met de eerder besproken tuchtzaak, komt de tuchtrechter uit op een onvoorwaardelijke schorsing van vier weken.
Lees hier de volledige uitspraak