Het was zijn grote droom om advocaat te worden, maar zijn patroon kon het niet betalen om hem fulltime in dienst te hebben. De stagiair betaalde daarom de patróón, en ook de beroepsopleiding kwam uit zijn eigen zak. Het leverde beiden een schorsing van dertien weken op.
Wanneer een letselschadejurist advocaat wil worden, gaat hij op zoek naar een buitenpatronaat. Het plan is om bij hem 32 uur per week te gaan werken, hij kan in 2020 beginnen. Over het aantal gewerkte uren ontstaat echter al snel onduidelijkheid: in het stageverslag wordt over 40 uur gesproken, in plaats de vooraf goedgekeurde 32 uur. Ook komt de Orde van Advocaten Noord-Nederland erachter dat de jurist een letselschadebureau heeft. Op de vragen die de orde aan hem stelt ter verduidelijking komen ontwijkende antwoorden.
Loonstrookjes
Er volgt een gesprek tussen de deken, de advocaat-stagiair en de patroon. De stagiair en de patroon bekennen dat de stagiair inderdaad begonnen was met een contract voor 32 uur, en dat hij in die tijd ook één dag in de week voor zijn eigen letselschadebureau gewerkt had. Sinds februari 2022 was hij echter vijf dagen in de week aan het werk als advocaat-stagiair. Beiden hadden echter nagelaten dit officieel te melden, waarvoor zij aan de deken hun excuses aanbieden.
Onderzoek
De deken gaat in eerste instantie akkoord met dit verhaal, maar stelt wel een onderzoek in naar het geheel. Onder andere wordt gevraagd om loonstrookjes, om het verhaal te bevestigen. Dat blijkt echter lastig. Wat blijkt? De advocaat-stagiair was nooit aan het werk gegaan bij de patroon. Sterker nog: om advocaat te worden had hij de patroon vijfduizend euro per jaar betaald, en 2.500 euro in het tweede jaar. Ook de beroepsopleiding kwam uit zijn eigen zak.
De deken heeft tegen allebei een dekenbezwaar ingediend, die beide door de raad van discipline parallel behandeld zijn. De raad stelt tijdens de zitting vast dat de stagiair sinds het begin van de overeenkomst tussen hem en zijn patroon als stagiair-ondernemer had gewerkt.
Zware sanctie
Of dit plan vanaf het begin bekend was bij beide partijen, kan door de raad niet vastgesteld worden. Het duo stelt tijdens de zitting dat ze het pas later bedacht hadden. De letselschadejurist heeft zich in de tussentijd zelf al uitgeschreven, maar geeft tijdens de zitting ook toe dat ‘hij er nog steeds van droomt om als advocaat werkzaam te zijn en dat de zitting zelfs maakte dat het ‘weer begon te kriebelen’. Er is dan ook een zware sanctie nodig, aldus de raad, om hem de ernst van zijn handelen in te laten zien.
In het oordeel wordt ten slotte nog naar de omstandigheden van beide personen gekeken. De patroon had, in de hoedanigheid van patroon, beter moeten weten en een groter verantwoordelijkheidsgevoel dan zijn stagiair moeten hebben. Dat weegt de raad dan ook in het nadeel van de patroon mee in het oordeel. In zijn voordeel wordt dan weer rekening gehouden met het feit dat hij alleenstaande ouder is van zijn minderjarige kinderen, die afhankelijk zijn van zijn inkomsten.
Zowel de patroon als de letselschadejurist krijgen van de raad een onvoorwaardelijke schorsing van dertien weken, die door de patroon direct uitgezeten moet worden. Mocht de letselschadejurist in de toekomst een nieuwe poging willen doen tot het worden van advocaat, zal zijn loopbaan beginnen met het uitzitten van de schorsing.
Lees hier de uitspraak van de patroon
Lees hier de uitspraak van de advocaat-stagiair