Vier weken schorsing, waarvan twee voorwaardelijk, voor een advocaat die zich door zijn cliënt voor het karretje liet spannen. Zijn gebrek aan tegengas leidde tot zinloze procedures. Daarnaast liet hij ‘geen blijk van respect’ voor de deken zien, wat de tuchtrechter hem ook kwalijk neemt.
Een advocaat stond een vader bij in een rechtszaak tegen de school van zijn kinderen. Volgens de vader had de school onrechtmatig richting hem gehandeld, en had hij recht op flinke schadevergoedingen. Deze bestonden uit 485.000 euro aan materiële schade, en 2.500.000 euro aan immateriële schade.
Volgens de rechter kon echter niet worden gesteld dat de school onrechtmatig had gehandeld, de school had enkel een aantal keer geïnitieerd dat zijn zoon door specialisten werd onderzocht. Dat uit de onderzoeken bleek dat er ‘niets aan de hand was’ met de zoon betekent niet dat de school verkeerd of onzorgvuldig gehandeld had.
Daarnaast was de vader ervan overtuigd dat de school andere scholen negatief over zijn kinderen heeft geïnformeerd waardoor die scholen niet bereid waren om ze als leerlingen aan te nemen. Ook dit kon tijdens de zitting niet aangetoond worden. De schadevergoedingen werden dan ook afgewezen.
Zorgen uiten
Kort na deze uitspraak neemt de deken contact op met de advocaat. Volgens de deken laat de advocaat een gebrek aan deskundigheid en onafhankelijkheid zien, onder andere door de hoge vorderingen die geleid hadden tot ruim zestienduizend euro aan proceskosten, waarvan ruim achtduizend euro aan griffierecht: “U heeft in ons gesprek aangegeven dat u mijn kritiek heel goed begreep, dat u er al slecht van sliep en dat u de oren te veel naar uw cliënt heeft laten hangen.” De houding van de advocaat blijkt een patroon te zijn; de deken vindt al snel minstens zeven andere zaken die ‘– op het eerste gezicht – de wenkbrauwen deden fronsen’.
Als de deken de advocaat informeert over haar zorgen, krijgt ze een felle e-mail terug van de raadsman. Volgens hem is de deken niet bezorgd, maar zitten er andere motieven achter: “Het behoeft geen toelichting dat ik ook advies aan het inwinnen ben of hier geen sprake is van een bijzondere behandeling gelet op mijn geloof en het feit dat ik een zeer actief lid ben van de gay community zoals u weet en dit een hele nare smaak heeft.” De deken is daarnaast werkzaam bij een kantoor waartegen de advocaat een aantal zaken heeft lopen, wat volgens hem ook te maken heeft met de klachten.
‘Als een instrument gebruikt’
Desalniettemin dient de deken uiteindelijk klachten in bij de tuchtrechter. De tuchtrechter sluit zich bij de deken aan, volgens de raad heeft de advocaat zich ‘als een instrument door zijn cliënt laten gebruiken’. De vorderingen waren dusdanig hoog dat deze de ‘grenzen van het betamelijke hebben overschreden’. De advocaat geeft zelf ook aan dat hij te weinig weerstand tegen zijn cliënt heeft geboden.
Verder werd tijdens de tuchtzaak het gedrag van de advocaat jegens de deken behandeld. Meermaals weigerde de raadsman mee te werken aan het onderzoek van de deken, en bovendien kwam hij zonder afmelding niet opdagen bij een afspraak met de deken. Hiermee heeft de advocaat volgens de tuchtrechter de deken belemmerd in haar toezichthoudende taak. Bovendien geeft zijn handelen ‘geen blijk van respect en gevoel voor de onderlinge verhoudingen en de toezichthoudende en controlerende taak van de deken’.
Maatregel
Tijdens de tuchtzitting liet de advocaat daarnaast niet zien dat hij begreep waar hij de mist in gegaan was. Volgens hem lagen zijn tekortkomingen in de kern aan zijn dwingende cliënt en aan de deken. De raad geeft hem daarom het advies mee om met een coach in gesprek te gaan, om dit soort situaties in de toekomst te kunnen voorkomen. Met de schending van de kernwaarden deskundigheid en onafhankelijkheid en mede gelet op de opstelling van verweerder is een deels onvoorwaardelijke schorsing van twee weken volgens de raad een passende maatregel. Daarnaast legt de raad een voorwaardelijke schorsing van eveneens 2 weken op als stok achter de deur, ‘om oog te houden voor de bijzondere positie van de deken in de advocatuur’.
Lees hier de volledige uitspraak