Hoeveel klachten moeten er gegrond worden verklaard voordat de tuchtrechter een advocaat van het tableau schrapt? Wel, zeventien klachten in het geval van een advocaat uit het ressort Midden-Nederland, die jarenlang flaters kon begaan. Ook nadat meerdere rechters hadden geklaagd.
De reeks blunders was zo ernstig dat verschillende rechters van de rechtbank Midden-Nederland al vanaf 2018 meermaals aan de bel trokken bij de deken, nota bene na een verzoek hiertoe aan zijn collega’s van de rechtbankpresident.
De rechters klaagden onder meer over slechte of warrige verzoekschriften van de advocaat, die bijvoorbeeld niet waren gestoeld op wetsartikelen of nauwelijks waren onderbouwd. ‘Het verweer was beperkt tot algemene overwegingen over de hechting van een kind (die leken gekopieerd uit een boek oid), maar totaal niet toegesneden op de zaak,’ aldus een signaal van een rechter over de advocaat. ‘Ik kreeg sterk de indruk dat hij geen idee had wat de feitelijke situatie van partijen was en dat hij ook het belang van zijn cliënte niet goed diende.’
‘Wat wil je met de woning?’
Ook stonden in een dagvaarding voor een kort geding allerlei vorderingen die zich helemaal niet lenen voor een kortgedingprocedure. Een heel summier verzoekschrift in een echtscheidingszaak stond bol van de foutieve begrippen. Eén keer bleek duidelijk dat de advocaat een zitting rond een echtscheiding niet had voorbereid, toen hij zijn cliënt na een vraag van de rechter vroeg: ‘Wat wil je met de woning?’
Daarbij storen enkele rechters zich aan de ‘onverschillige houding’ van de advocaat in de rechtszaal, en er zijn klachten over zijn slechte bereikbaarheid. Een rechter die hem nader wil spreken over een matig processtuk, krijgt hem maar niet telefonisch te pakken en stuit steeds op de secretaresse. ‘De boot werd duidelijk afgehouden en hij heeft geen contact meer opgenomen.’
In zijn verweer tegen het driedelige dekenbezwaar van deken Le Large haalt de advocaat deels zijn gelijk. Met zijn praktijkvoering zelf is volgens hem namelijk niets mis: hij is gewoon van negen tot vijf telefonisch bereikbaar, en anders wel per e-mail. Het dekenbezwaar is op dit punt onvoldoende toegelicht, en wordt door de Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden ongegrond verklaard.
Onvoldoende regie, slechte voorbereiding
Verder heeft de advocaat weliswaar al zijn cliënten netjes ingelicht over zijn schorsing van twee maanden in 2021, maar hij nam niet de tijd om liefst 150 toevoegingen te muteren. Dat neemt de Raad van Discipline hem in een beslissing van 21 maart wél kwalijk. Maar boven alles heeft de tuchtrechter geen goed woord over voor de kwaliteit van zijn rechtsbijstand. De diverse signalen vanuit de rechtspraak spreken wat dit betreft boekdelen, aldus de raad: kwalitatief ondermaatse processtukken, een te late aanlevering van stukken, onvoldoende regie tijdens zittingen en een slechte voorbereiding van stukken.
Een rekensommetje leert dat in de afgelopen jaren zeventien klachten over de advocaat gegrond zijn verklaard, waarbij de tuchtrechter in vier gevallen een schorsing oplegde. ‘Uit deze uitspraken komt een beeld naar voren van [een advocaat] die zijn werkzaamheden structureel op kwalitatief onvoldoende en ondeskundige wijze heeft verricht en daarbij ook onvoldoende oog voor de belangen van zijn cliënten heeft gehad,’ oordeelt de Raad van Discipline. ‘Uit die tuchtrechtelijke uitspraken komt ook naar voren dat in de visie van verweerder fouten of tekortkomingen nooit aan hem te wijten waren maar aan anderen.’
Ook bij de behandeling van dit dekenbezwaar toont de advocaat volgens de raad geen enkel zelfinzicht, reden genoeg om deze keer over te gaan tot schrapping van het tableau. ‘Het is niet verantwoord dat verweerder de praktijk van advocaat nog kan uitoefenen.’