Een passieve notaris die ongewoon laat een erfenis voor de Stichting Diabetes Fonds afwikkelde, is hiervoor in hoger beroep twee maanden geschorst. In eerste aanleg, bij de Kamer voor het Notariaat Arnhem-Leeuwarden, kwam hij nog weg met een berisping. Hiertegen ging de notaris in beroep.
De Stichting Diabetes Fonds was in de betreffende nalatenschap benoemd tot enige erfgenaam. De in februari 2015 overleden erflater had de notaris benoemd tot executeur. De erfenis bestond uit geld en een garagebox ter waarde van 7.000 euro. Ruim vier jaar verder was de relatief eenvoudige nalatenschap nog steeds niet volledig afgewikkeld, zo blijkt uit een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 17 december.
Door het onprofessionele handelen van de notaris raakte de afwikkeling van de nalatenschap onnodig en onbegrijpelijk lang vertraagd, aldus het Diabetes Fonds in zijn klacht. Het Amsterdamse gerechtshof gaat hierin mee. Uit de correspondentie met de stichting blijkt inderdaad dat de notaris pas vier maanden na het overlijden voor het eerst contact opnam met de enige erfgenaam. Nadat de stichting de erfenis eenmaal had aanvaard, bleef het stil aan de kant van de notaris, die lange tijd om onbekend gebleven redenen geen actie ondernam.
Uiteindelijk werden er pas in het voorjaar van 2018 geldbedragen uitbetaald, los van een voorschot in november 2016. Dit gebeurde pas nadat de stichting een (uiteindelijk geschikte) rechtszaak tegen de notaris was begonnen. Veel te laat, vindt ook het hof. ‘Uit de stukken blijkt dat het eerste verzoek om een voorschot pas na tien maanden door de notaris is ingewilligd. Aan directe uitvoering van dat verzoek stond niets in de weg. Ook op het in december 2016 ingediende tweede verzoek tot uitbetaling van een deel van de gelden is door de notaris niet adequaat gereageerd.’
Het gerechtshof constateert afgaande op het summiere verweer van de notaris dat die geen inzicht toont ‘in de onjuistheid van zijn handelwijze’. De berisping die de notaris in eerste aanleg kreeg opgelegd, vindt het hof dan ook te licht. ‘Met de kamer bestaat ook bij het hof de vrees dat de geconstateerde verwijten zich ook voordoen bij andere boedels. Het hof ziet gezien de ernst van de overtredingen aanleiding de maatregel van schorsing in de uitoefening van het ambt voor de duur van twee maanden op te leggen.’
Ook wordt de notaris veroordeeld tot betaling van de kosten voor de behandeling van het hoger beroep, à 3.000 euro.