Vingen de curatoren van Imtech eind vorig jaar nog bot bij de Raad van Discipline met hun klachten tegen vier (voormalige) De Brauw-partners, hun klachten tegen accountants van KPMG zijn vrijdag wel – deels – gegrond verklaard door de Accountantskamer. Twee accountants zijn berispt.
De klachten van curatoren Princen en Peters, al bijna zes jaar belast met de afhandeling van het faillissement van Imtech, waren gericht tegen vier accountants. Zij waren betrokken bij de controle van het boekjaar 2012 van Imtech. Twee accountants traden op als kwaliteitsbeoordelaar (OKB’er). De klachten zagen op werkzaamheden rondom de halfjaarcijfers en de controle van de jaarrekening over 2012. Eerder legde de Accountantskamer schorsingen op aan KPMG-accountants die steken hadden laten vallen bij de controle van het boekjaar 2011.
Afgelopen vrijdag heeft de Accountantskamer in meerdere uitspraken de klachten deels gegrond verklaard, onder meer tegen een externe accountant (een opdrachtpartner) inzake een externe controle. Die had in juni 2013 een goedkeurende controleverklaring met een continuïteitsparagraaf afgegeven bij de jaarrekening 2012 van Imtech. De klacht tegen een bij deze controle betrokken OKB’er is ook deels gegrond. Hij had niet zomaar mogen instemmen met het afgeven van die controleverklaring.
Enkele andere klachten van de curatoren tegen deze accountants, onder meer over dat zij niet zouden hebben aangedrongen op nader onderzoek naar de foutieve verwerkingswijze van de promissory note, en naar de vraag of sprake was van een opzettelijke fout, zijn niet-ontvankelijk dan wel ongegrond verklaard. Een volgende accountant wordt verweten dat hij in zijn rol als OKB’er niet heeft aangedrongen op verdere acties door de bovengenoemde accountants. Aangezien de Accountantskamer oordeelt dat zij niet onjuist hebben gehandeld, was aandringen op verdere actie niet nodig, aldus een andere uitspraak.
Controle onregelmatigheden in Duitsland en Polen
In januari 2013 doken de onregelmatigheden bij Imtech Duitsland en Polen op, die uiteindelijk tot de financiële problemen en het faillissement zouden leiden. Dit leidde tot aanvullende onderzoeken naar de jaarrekeningen 2012 en 2013. Volgens de klacht van de curatoren waren deze controles niet goed uitgevoerd; er was ten onrechte een goedkeurende verklaring over afgegeven.
De Accountantskamer oordeelt op dit punt dat de betrokken accountant ‘op onderdelen niet in overeenstemming heeft gehandeld met de voor hem geldende vaktechnische en overige beroepsvoorschriften’. Zo had hij niet vastgelegd welk deel van de afboekingen ter waarde van 370 miljoen euro was toe te rekenen aan de onregelmatigheden bij Imtech Duitsland en Polen. In het kader van de controle had hij hieraan extra aandacht moeten besteden, evenals aan de omvang en de volledigheid van de afboekingen.
Ook de controle van de in de jaarrekening verantwoorde goodwill is volgens de Accountantskamer onvoldoende geweest. Hiervoor werd een beroep gedaan op andere deskundigen; volgens de Accountantskamer is niet gebleken dat de juistheid en volledigheid van de door hen verschafte gegevens goed zijn geëvalueerd door de accountant.
Volgens de tuchtkamer heeft deze accountant daarom “in strijd gehandeld met de fundamentele beginselen van deskundigheid en zorgvuldigheid en van professioneel gedrag. […] Hij is ook tekortgeschoten in het vastleggen van controledocumentatie. Imtech was een beursgenoteerde onderneming met vele aandeelhouders, obligatiehouders, andere schuldeisers en werknemers. Dit gegeven bracht voor de accountant een bijzondere verantwoordelijkheid bij de controle mee.”
Wel houdt de Accountantskamer rekening met ‘de verschillende, met elkaar samenhangende en elkaar opvolgende, zeer omvangrijke klachten met betrekking tot controles van dezelfde onderneming’: deze accountant krijgt daarom een berisping. De klacht tegen de andere bij de controle betrokken accountant is ongegrond verklaard. Zij kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor alle werkzaamheden waarover de curatoren hebben geklaagd.
Reactie KPMG
KPMG stelt in een reactie dat de klachten maar in zeer beperkte mate gegrond zijn verklaard en dat er sprake is van een ‘fundamentele nederlaag voor de curatoren’. “De Accountantskamer benadrukt in haar uitspraak dat het gegrond verklaren van klachtonderdelen niet betekent dat de jaarrekening en het accountantsoordeel onjuist waren,” aldus KPMG. “Ook heeft de kamer bevestigd dat de betrokken accountants de fraude bij Imtech niet eerder hadden kunnen ontdekken.”
KPMG en de betrokken accountants bestuderen de uitspraken van de Accountantskamer en het mogelijk instellen van hoger beroep.
Beeld KPMG-hoofdkantoor: Shutterstock
Update 19/1: Dit bericht is uitgebreid met een reactie van KPMG.