Een advocaat wordt verdacht van bedreiging, mishandeling en vernieling, maar dat is onvoldoende reden om hem met onmiddelijke ingang te schorsen. Dat heeft de Raad van Discipline in Den Bosch beslist. ‘Naar het oordeel van de Raad is in deze zaak niet gebleken van zodanig uitzonderlijke omstandigheden dat onmiddellijk ingrijpen noodzakelijk is en dat de gewone tuchtrechtprocedure niet kan worden afgewacht.’
De advocaat heeft een relatie met mevrouw T. Haar zus doet half april 2018 aangifte tegen de advocaat, waarbij ze tegenover de politie verklaart dat hij zich jegens mevrouw T, haar zelf en haar moeder schuldig maakt aan bedreiging en mishandeling. De advocaat zit na de aangifte ongeveer een week in voorlopige hechtenis.
De deken eist daarop dat de advocaat met onmiddellijke ingang wordt geschorst. De raad gaat daar niet in mee, omdat er ‘geen sprake is van een dusdanig spoedeisend belang dat (…) schorsing met onmiddellijke ingang vergt’. Ook kan zonder een verklaring van een psycholoog of psychiater niet worden aangenomen dat de advocaat lijdt aan psychosociale problemen, aldus de raad.
De raad ziet wel aanleiding voor een voorlopige voorziening, namelijk dat de advocaat zijn werkzaamheden gaat uitoefenen onder toezicht van een andere advocaat. ‘Verweerder heeft ten overstaan van de raad verklaard dat de huidige situatie een grote impact op hem heeft en dat hij daarvoor hulp zoekt. Verweerder heeft voorts verklaard dat het functioneren van zijn kantoor in grote mate afhankelijk is van hem, dat hij de enige advocaat is die in staat is advocaat-stagiaires van zijn kantoor te begeleiden, en dat hij, gelet op de omstandigheden waarin hij verkeert, thans geen strafzaken en familierechtzaken zal behandelen.’
De toezichthoudende advocaat heeft de de bevoegdheid om, ‘zo nodig met behulp van de sterke arm, zich toegang te verschaffen tot de ruimte waarin de praktijk van verweerder wordt gevoerd’. Verder kan hij ‘al die maatregelen kan nemen waartoe verweerder als advocaat zelf bevoegd zou zijn’, waaronder ook het onderbrengen van dossiers bij andere advocaten.