Een advocaat uit Enschede kwam afspraken niet na nadat zijn rommelige bedrijfsvoering aan het licht kwam. De lokale deken wenste een schrapping, maar de tuchtrechter heeft een schorsing van 24 weken opgelegd. Tubantia meldt dat het ‘de bekende raadsman’ Hans Speijdel betreft.
Volgens de regiokrant vormde Speijdel samen met zijn broer Robert jarenlang ‘het gezicht van de advocatuur in Twente’. De broers stonden met hun kantoor Speijdel & Speijdel cliënten bij in bekende strafzaken. Zo stond Speijdel bijvoorbeeld kroongetuige Peter la Serpe bij in de zaak tegen Willem Holleeder. Zijn staat van dienst kon nochtans niet voorkomen dat de advocaat voor 24 weken is geschorst.
De Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat Speijdel onzorgvuldig handelde, afspraken niet nakwam en de deken ‘belemmerde in haar toezichthoudende taak’, aldus een uitspraak die eind juni is gepubliceerd.
De raadsman uit het oosten maakte afspraken met de deken omdat er een hoop klachten tegen hem waren ingediend. Zo klaagden cliënten onder meer over de slechte bereikbaarheid van Speijdel: zowel telefonisch als per mail is hij moeilijk te contacteren. Ook bleek zijn administratie niet op orde.
Regelmatige aanhoudingsverzoeken
Naast de bedrijfsvoering zijn er ook klachten van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Volgens het gerechtshof dient de advocaat regelmatig op het laatste moment aanhoudingsverzoeken in waardoor zittingen niet doorgaan.
‘Al eerder (bij herhaling meen ik zelfs) werd vanuit ons hof aandacht gevraagd voor het advocatenkantoor van de gebroeders,’ stelt het hof. ‘Het spijt mij te moeten constateren dat er nog altijd geen verbetering is opgetreden. Het komt nog steeds (te) regelmatig voor dat verweerder op het allerlaatste moment (lees: daags voor de zitting en meestal om gezondheidsredenen) om aanhouding verzoekt.’
Omdat de zaak al langer speelt, zette de vorige deken van de Orde in Overijssel reeds in 2021 een onderzoek naar de kantoororganisatie in gang. De slotsom van de onderzoeker is dat het kantoor door de medische beperkingen van de beide broers ‘onvoldoende functioneert, met negatieve effecten voor de cliënten en de ketenpartners, en dat oplossing alleen in een verbreding van de personele inzet kan komen’.
Dekenbezwaar
Om medische redenen blijkt een terugkeer van broer Robbert zelfs uitgesloten en een ‘(langere) voortzetting van de huidige, kwetsbare situatie’ noemde de onderzoeker daarom ‘niet wenselijk’. Gesprekken tussen de deken en Speijdel volgden, maar ondanks allerlei toezeggingen ziet eerstgenoemde zich eind vorig jaar toch genoodzaakt om nieuwe afspraken te maken.
Zo mag de raadsman alleen nog strafzaken oppakken, ‘een enkele UHP of OTS, maar géén personen- en familierechtzaken meer’. Speijdel moet onder andere zijn lopende zaken aangeven bij de deken, en welke personen- en familierechtszaken worden overdragen aan wie. Daarnaast moet hij wekelijks per e-mail informeren over ‘het afbouwen dan wel beëindigen’ van zijn praktijk; een ambitie die hij eerder had laten doorschemeren.
Als de deken concludeert dat de afspraken niet worden nagekomen, en er wederom klachten bij haar binnenkomen over Speijdel, bericht ze de advocaat: ‘Gelet op de eerder gemaakte afspraken rest mij niets anders dan een dekenbezwaar in te dienen.’
Hoger beroep
De deken wenst daarbij een schrapping, maar zover gaat de raad van discipline niet, die de advocaat een onvoorwaardelijke schorsing van 24 weken oplegt. Eerdere tuchtrechtelijke maatregelen voor ‘vergelijkbaar klachtwaardig handelen’ en de ’ter zitting besproken’ persoonlijke omstandigheden, baren de raad wel zorgen.
De geschorste advocaat zelf laat in Tubantia weten deze zorgen niet te delen en ‘niet wakker te liggen’ van de uitspraak. Hij weerspreekt de verwijten. “Het ging met name om de bereikbaarheid, waarvan ik vind dat ik redelijk bereikbaar ben. Dat valt allemaal wel mee. Ik ga tegen deze uitspraken in hoger beroep. Ik kan mij er echt niet in vinden.”
Over zijn voornemens om de beroepsgroep te verlaten en de toga aan de wilgen te hangen, geeft Speijdel geen concrete informatie in de krant. Een precieze datum heeft hij nog niet voor ogen. “Dit jaar word ik 67, dus ik heb het wel een keertje gezien,” laat de advocaat wel weten.