De Utrechtse advocate Hiba Kayed is door de Raad van Discipline in Arnhem veroordeeld tot een voorwaardelijke schorsing van twee maanden voor haar optreden in een dubieuze aandelentransactie. De advocate stond zonder nader onderzoek een tot acht jaar cel veroordeelde verkoper bij, en misleidde een rechter door zaken te bevestigen waar zij geen weet van had. Eerder werd advocaat Richard Onderdonck geschorst in deze zaak.
Door Joris Rietbroek
De betreffende aandelendeal ter waarde van twee miljoen euro werd in maart 2013 door een voorzieningenrechter aangemerkt als een ‘schijnconstructie om derden te misleiden’, met het uiteindelijk doel geld wit te wassen. Dat was reden genoeg voor deken Böhmer om een onderzoek naar advocaten Onderdonck en Kayed in te stellen.
Onderdonck werd in september 2013 al tuchtrechtelijk veroordeeld tot een schorsing van zes maanden. Deze uitspraak volgde korte tijd na het faillissement van zijn kantoor. De vraag is nog of het Openbaar Ministerie Onderdonck strafrechtelijk gaat vervolgen; het onderzoek loopt nog.
Onderdonck trad in verscheidene kort gedingen op namens de koper van de aandelen, Kayed was advocate van de verkoper, die tot acht jaar cel was veroordeeld voor grootschalige drugshandel en witwassen. Tijdens het kort geding in maart 2013, waarbij de koper vorderde om zo snel mogelijk de aandelen te leveren en waarin de rechter openlijk zijn twijfels uitte, kwam het strafvonnis van de verkoper ter sprake. Hierin was volgens Onderdonck geen woord te vinden over de daarom volgens hem legitieme aandelenovereenkomst. Een lezing die Kayed tijdens de zitting volmondig bevestigde.
Vonnis niet gelezen
Achteraf bleek echter dat de advocate dit vonnis helemaal niet had gelezen – vanwege de omvang van 54 pagina’s en omdat strafrecht ‘haar interesse niet heeft’ – terwijl zij wist van het bestaan ervan. Hierdoor lichtte zij de rechter verkeerd in en bevestigde zij bovendien enkele leugens van Onderdonck. De dubieuze aandelentransactie kwam namelijk wel degelijk voor in het vonnis. ‘Door te verklaren zoals zij deed, heeft verweerster de voorzieningenrechter misleid,’ stelt de tuchtrechter.
Evenmin had Kayed voldoende onderzoek gedaan naar de achtergronden van haar cliënt en de zaak zelf, voordat zij deze accepteerde. Ze stelde daarnaast geen kritische vragen toen een andere strafrechtadvocaat de zaak naar haar doorverwees. De diverse signalen dat het ging om een wel erg ongebruikelijke transactie negeerde ze, zoals een overeenkomst ter waarde van twee miljoen, uiteengezet in vier zinnen op een enkel A4’tje en met de bedoeling in contanten te betalen. Of het feit dat een van de betrokken aandeelhouders een rechterhand van Desi Bouterse bleek te zijn, te weten Etienne Boerenveen. ‘Ze schaadde op deze wijze het vertrouwen in de advocatuur door mee te werken aan een en ander, terwijl er meer dan voldoende aanwijzingen waren dat er sprake was van een schijnovereenkomst,’ aldus het vonnis van de Raad.
Dure les
Volgens deken Böhmer was Kayed niet ‘willens en wetens betrokken bij een constructie om onwettige praktijken te faciliteren’, maar mag ‘van een ervaren civilist op een gerenommeerd strafrechtkantoor meer worden verwacht’. Hij verwijt Kayed boven alles naïef te zijn geweest tijdens de gehele procedure, iets dat zij tijdens de tuchtzitting zelf erkende. De zaak is voor haar ‘een dure les’: Haar goede naam is ze kwijt door alle publiciteit die de zaak met zich meebracht, onder meer als gevolg van Kamervragen.
Dat is iets waar de Raad van Discipline rekening mee heeft gehouden in het bepalen van de strafmaat. De opgelegde schorsing van twee maanden is daarom voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar.