“Potentiële cliënten lopen een ernstig risico dat hun belangen worden geschaad als verweerder hen als advocaat bijstaat.” Het was maandag voor de Amsterdamse Raad van Discipline reden om deze advocaat, die in een paar zaken voor één cliënt fout op fout had gestapeld, van het tableau te schrappen.
Er gaat ontstellend veel mis in de bijstand van deze advocaat aan zijn cliënt, een man die in 2014 in de bijstand is beland en aan wie schuldsanering werd geweigerd. Een samenwerking tussen een juridisch adviesbureau – waar deze cliënt zich eerst had gemeld – en de advocaat verloopt stroef. Daarbij houdt de communicatie van de advocaat zelf niet over, klaagt de cliënt; hij heeft zijn raadsman slechts twee keer gezien. Ondanks dat een zaak tegen de weigering van schuldsanering op toevoegingsbasis werd gedaan, ontving hij toch enkele rekeningen à 750 euro van het advocatenkantoor, nota bene zonder enige specificatie.
In het schuldsaneringsdossier deden vooral medewerkers van de advocaat het werk, constateert de Raad van Discipline in een uitspraak van 21 juni. Bij de advocaat zelf ontbrak het aan ‘inzet, regie en communicatie’. Andere opdrachten, namelijk procedures tegen de gemeente en de bank, bevestigde de advocaat niet. Zijn cliënt kreeg geen updates over strategieën of mogelijke scenario’s. Hij hoorde in eerste instantie ook niets van zijn advocaat toen deze in oktober 2019 zijn praktijk beëindigde en zich van het tableau liet schrappen.
Tot overmaat van ramp betaalde de advocaat in de zaak tegen de bank het griffierecht van 81 euro niet. Een typefout in het mailadres van zijn cliënt blijkt de initiële oorzaak – de cliënt krijgt kortom nooit bericht dat hij griffierecht moet betalen. “Het lag op de weg van verweerder om het bedrag voor te schieten,” oordeelt de Raad van Discipline hierover. “In ieder geval had verweerder klager moeten rappelleren toen het bedrag niet werd ontvangen.”
Cliënt ernstig benadeeld
Al met al zijn de belangen van de cliënt ernstig geschaad, concludeert de tuchtrechter, die daarbij ‘twijfelt aan de financiële integriteit van verweerder’. Kennelijk wist de advocaat zelf niet eens wat er allemaal speelde in de zaken van zijn cliënt. “Bovendien heeft verweerder in de procedure tegen de bank de ene fout op de andere gestapeld, waarmee hij de belangen van klager ernstig heeft benadeeld,” concludeert de raad. “De gang van zaken duidt op een gebrek aan kwaliteit en deskundigheid, maar bovenal een gebrek aan integriteit.”
Bij de oplegging van schrapping van het tableau weegt de raad mee dat de advocaat wel heel laconiek heeft gereageerd op de schade die hij zijn cliënt heeft berokkend. Daar komt bij dat hij zich al eens eerder heeft laten uitschrijven als advocaat, om zich daarna weer te laten beëdigen. De raad: “Potentiële cliënten lopen een ernstig risico dat hun belangen worden geschaad als verweerder hen als advocaat bijstaat. De raad is daarom van oordeel dat voorkomen moet worden dat verweerder terugkeert in de advocatuur en legt de maatregel van schrapping op.”