De rechtspraak werkt weliswaar steeds een stukje meer digitaal, maar advocaat en columnist Jaap Baar kan anno 2021 nog steeds pootjebaden in de stapels papier. “Het kan niet anders dan dat het hele ‘rechtsbedrijf’ een van de absolute papiergrootverbruikers van ons land is.”
Gisteravond stond ik ongeduldig naast de printer, te wachten totdat de pleitnota voor de politierechterzitting van vanmiddag er in vijfvoud uitgerold zou zijn. Vijf maal zeven velletjes papier. Ik keek naar mijn bureau, waarop een dossier voor een bestuursrechtzaak lag, opgestuurd door een gemeente in het kader van de hoorzitting. Ruim 500 pagina’s, dubbelzijdig geprint, dat dan weer wel.
Ik heb dat dossier echter nooit open gehad. Het bestaat grotendeels uit door mij digitaal ingediende bezwaarschriften en zienswijzen en verder uit besluiten en rapporten, die ik eerder, digitaal, verstrekt had gekregen ter onderbouwing van het bezwaar.
De Belgische fax
Deze week mailde ik een andere gemeente om kenbaar te maken dat ik een zaak zou overnemen van een andere advocaat. Prompt werd ik gebeld door de behandelend jurist, of ik dat even per brief met ‘natte handtekening’ wilde bevestigen. Per mail kon absoluut niet, ik hoorde de verbazing toen ik het vroeg. De betreffende gemeente zou niet met Zivver of een andere vorm van beveiligd mailen werken, dus dat kon ook niet.
Als ik een bepaald stuk wil hebben in die betreffende zaak, moet ik dat overigens in persoon af komen halen bij de balie van het gemeentehuis, gelet op de vertrouwelijkheid. Dat betekent dus een rit van 180 kilometer en een pak papier van ongetwijfeld een pagina of 200. Een pak papier dat ik eenmaal op kantoor door de scanner trek en daarna direct door de Belgische fax (voor de leken in het kantoorjargon: de shredder). Overigens kreeg ik de motivering van het besluit, waarin uitgebreid uit het vertrouwelijk stuk wordt geciteerd met naam en toenaam, wel gewoon per mail toegestuurd.
In procedures bij de rechtbank, kan ik tegenwoordig digitaal beroepsschriften indienen. Dat werkt wat mij betreft meer dan goed. De fax is niet meer nodig, aangetekend verzenden om zeker te weten dat de stukken binnen de termijn binnen zijn ook niet, de stukken kunnen gewoon digitaal ingediend. Wat mij dan echter blijft verbazen, is dat ik vervolgens per brief, eenmaal per gewone post en hetzelfde nog een keer aangetekend, de verdere correspondentie van de rechtbank krijg.
Anderhalve hectare bos
Er zijn geen cijfers van te vinden, maar het kan niet anders dan dat het hele ‘rechtsbedrijf’ – om het zo maar te duiden –, een van de absolute papiergrootverbruikers van ons land is. Volgens een berekening uit 2019 jagen alleen al de gemeentes er jaarlijks anderhalve hectare bos doorheen; 400 miljoen printjes. Ik ben bang dat het binnen de rechtspraak om een veelvoud hiervan gaat. Het rechtsbedrijf is een soort Holle Bolle Gijs voor vers papier.
Mijn pleitnota was inmiddels geprint, maar deze gedachte bleef hangen. Er zijn natuurlijk al stappen gezet, met de digitale strafdossiers en de hier genoemde mogelijkheid digitaal stukken in te dienen in andere procedures. Dat bespaart natuurlijk al het nodige papier. Ook eerder schreef ik al over de voordelen van het versneld digitaliseren onder druk van de coronacrisis, waardoor bijvoorbeeld mailen met rechtbanken in plaats van de communicatie per fax of brief is gekomen.
Maar het kan zo makkelijk nog zoveel beter. Dat komt niet alleen het milieu ten goede, het kost ook gewoonweg minder geld en is, naar mijn heilige overtuiging, een stuk efficiënter. Als de hiergenoemde gemeente mij per mail de inhoudsopgave van het dossier had gestuurd, had ik kunnen aangeven welke stukken ik nog niet had. Dan hadden enkel die stukken, bij voorkeur per mail, verzonden te hoeven worden. Scheelt papier en werk.
De andere gemeente moet gewoon de digitale systemen op orde brengen en zorgen dat stukken beveiligd digitaal kunnen worden verzonden en ontvangen. De rechtspraak kan, ik denk zonder al te veel moeite, zorgen dat na een digitaal ingediend beroep, de ontvangstbevestiging en de verdere communicatie ook digitaal gaat. Of, in het kader van klein beginnen, de ontvangstbevestiging enkel per aangetekende post verzenden. Ik kan er namelijk gewoonweg niet bij waarom na een aangetekende verzending, ook nog een verzending per gewone post van dezelfde brief nodig zou zijn.
Totale verspilling
Ik houd van papier, daar gaat het niet om. Ik heb een volle boekenkast, ik lees literatuur toch het liefst niet op een scherm. Sterker nog, de kladversie van deze column schrijf ik op papier, omdat ik na 22.00 uur bij voorkeur geen digitale schermen meer gebruik. Het is het onnodige papierverbruik, de totale verspilling, die mij tegenstaat. De voorbeelden hierboven, die dagelijkse praktijk zijn, zijn immers niet meer dan voorbeelden van compleet zinloos gekapte bomen; prints die geen enkel doel dienen.
Het is al november, dus we mogen denk ik al wel goede voornemens uiten. Het lijkt mij goed als iedereen binnen het rechtsbedrijf; de rechtspraak, justitie, bestuursorganen en ook advocaten en andere procespartijen een kort moment nemen om kritisch te kijken naar de eigen processen. Waar kunnen er nog wat bomen bespaard worden. Als gezegd denk ik dat met een paar simpele ingrepen, de maag van Holle Bolle Gijs aanzienlijk kan worden verkleind.