Het is de rustigste decembermaand sinds de industriële revolutie. De Zuidas captains bevechten elkaar als een stel magere straathonden om elke kruimel in de vorm van een schaarse deal. Terwijl de messen op hoog niveau geslepen worden, hebben de advocaatjes en bankers op de werkvloer tijd om zich druk te maken over belangrijke zaken. Onderwerp du jour is het kerstpakket.
Wat ooit werd geïntroduceerd als goodwill van de baas, die met kerst over zijn hart streek en zijn trouwe werkvolk een extraatje toestopte, wordt het kerstpakket nu met argwaan en zelfs agressie tegemoet gezien.Bovenaan de lijst van meest gehate kerstpakket, staat het traditionele “voedselpakket”, de mand gevuld met producten uit 1950 zoals gekookte ham en vlierbessenjam, welke een lot van ongeopende beschimmeling tegemoet gaan in de voorraadkasten van Amsterdam Zuid. Thanks, but no thanks, denken de verwende Zuidassers dan.
Waar je de heren en dames advocaat ook goed kwaad mee krijgt, is de optie om je kerstpakket te schenken aan het goede doel. Dan kun per e-mail aanklikken dat je in plaats van dat fijne wijnpakket met champie, je pakket aan de zeehondencrèche schenkt. Een sympathiek idee, maar come on! Wie denkt er aan het lot van de arme advocaat? Mag die ook eens aan zichzelf denken?
De hoofdprijs onder de kerstpakketten is de Bon. Een waardevoucher dat kan worden ingeruild voor een abonnement op de Elle of de Quote, een elektrische tandenborstel of een dagje sauna.
Ik vertel mijn collega’s niet dat ik stiekem hoop op de variant voedelspakket. De achtjarige in mij wordt opgewonden van de houten doos, met van dat ritselende plastic zaagsel, en volkomen nutteloze producten die als schatten op de bodem liggen, zoals een theemutswarmer, of een thermoskan.
Het is namelijk pas kerst als ik mijn collega’s met een verbeten blik die vervloekte doos op hun fiets mee zie slepen.
Dit artikel is met toestemming overgenomen van weblog ZoZuidAs