Voormalig advocaat Frank Vermeer, hij werd december 2016 aangehouden door de FIOD op verdenking van faillissementsfraude, deed tegenover zijn kantoorgenoten van OMVR Advocaten in Harderwijk voorkomen dat hij de zoon was van een ‘vermogende ondernemer met een algemene naamsbekendheid’. Ook knoeide hij volgens de oud-kantoorgenoten met valse facturen die hij buiten kantoor om incasseerde.
Dat staat te lezen in een tuchtrechtuitspraak van 23 juli. De Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden beslist daarin dat de deken nader onderzoek kan verrichten naar Vermeer, omdat die ermee instemt dat hij zich ‘voorlopig niet op het tableau laat inschrijven’. Een in eerste instantie door de deken gevraagde snelle beslissing is daarom niet nodig. De Raad van Discipline stelt bovendien dat het strafrechtelijk onderzoek tegen Vermeer nog loopt, en dat de voormalige kantoorgenoten een civiele zaak tegen hem zijn begonnen. ‘Als verweerder zaken naar voren brengt, kan hij zich incrimineren,’ aldus de Raad.
Over zijn vader stelt Vermeer blijkens de uitspraak dat die aannemer was, ‘maar niet de aannemer waarop zijn oud kantoorgenoten doelen’. Zijn vader had echter ook goed verdiend, waardoor die zijn zoon ‘een goede financiële start’ kon bieden.
Vermeer werd eind 2016 aangehouden door de FIOD op verdenking van faillissementsfraude. Het Openbaar Ministerie meldde toen in een persbericht dat de advocaat ervan wordt verdacht in 2009 als curator ‘op onrechtmatige wijze gelden te hebben onttrokken aan de boedel van een failliet vastgoedbedrijf’.
Volgens de FIOD zou hij de boedel – waarvoor zich al een koper had gemeld – eerst hebben verkocht voor een te lage prijs aan een tussenpersoon. Vervolgens werd het betreffende pand na een papieren waardestijging doorverkocht aan de koper die zich al in eerste instantie had gemeld. ‘Het vermoeden is dat de curator het verschil via een verhullende constructie van bedrijven in eigen zak heeft gestoken,’ aldus het OM. Het zou gaan om ‘tienduizenden euro’s’.
OMVR (18 advocaten, 2 notarissen) stelde in 2016 in een openhartig bericht op de eigen website dat alle collega’s enorm waren geschrokken van het nieuws. Het bericht – waarin Vermeer met naam en toenaam werd genoemd – is inmiddels niet meer op de website te vinden.