Wij waren u nog de uitslag schuldig van de peiling over de curator en de M&A-advocaat, en mogelijke belangenverstrengeling. U vindt in meerderheid dat de curator in een faillissement en een M&A-advocaat die adviseert over overname dan wel fusie van bedrijfsonderdelen, niet van hetzelfde advocatenkantoor mogen komen. 63% (104) van de respondenten antwoordde ‘Ja’ op stelling dat er sprake is van een mogelijk tegenstrijdig belang, 37% (62) beantwoorde de vraag met ‘nee’.
Met de toename van het aantal grote faillissementen nemen ook de mogelijke belangenconflicten toe. Onlangs moest CMS Derks Star Busmann het curatorschap bij Kroymans laten schieten wegens mogelijke belangenverstrengeling. Nu zijn bij Econcern de curatoren afkomstig van Holland Van Gijzen en Wijn & Stael. De ontmanteling van het concern is ook goed voor een groot aantal deals voor de M&A-advocaten. Deze verkopen worden momenteel allemaal begeleid door de M&A-advocaten van…Holland Van Gijzen (Wijn & Stael doet er overigens ook een paar).
U vindt het in meerderheid niet kunnen, zo blijkt uit de peiling. Dat is ook in overeenstemming met de regels van vereniging van curatoren, Insolad, zo blijkt uit artikel 4.3 van haar praktijkregels: “Uitgangspunt bij de beslissing van de curator om zich in een procedure al dan niet te laten bijstaan door een niet aan zijn kantoor verbonden advocaat, is dat de boedel, alles in aanmerking genomen, steeds op de best mogelijke wijze dient te worden bijgestaan.”
Deze regel wordt als volgt toegelicht: “Er kunnen gevallen zijn waarin het wenselijk is dat de curator zich van externe advocatuurlijke hulp voorziet. (…) Dat zal ook het geval zijn als er sprake is van een tegenstrijdig belang of een gepercipieerd tegenstrijdig belang. Zo’n gepercipieerd tegenstrijdig belang kan bijvoorbeeld aan de orde zijn als er een omvangrijke procedure met veel advocatuurlijk werk moet worden gevoerd. Als een curator of een kantoorgenoot van de curator zelf zo’n procedure voert, kan gemakkelijk de indruk ontstaan dat het belang van de boedel is ondergeschikt gemaakt aan het belang van de curator of het kantoor van de curator om omzet te genereren.”
Een paar respondenten hebben hun standpunt ook toegelicht. Zo schrijft Hans Vereijken: “M&A is een specifieke activiteit van advisering en bemiddeling waar met veel disciplines wordt samengewerkt, dus alleen onafhankelijkheid garandeert een minumum aan verstrengeling. Dus nog meer dan de curator moet juist de M&A-adviseur onafhankelijk zijn.” En Karel Frielink: “Een curator moet in vrijheid beslissingen kunnen nemen en tegenstrijdige bij een faillissement betrokken belangen objectief en onbevangen tegen elkaar kunnen afwegen. Zelfs iedere schijn van tegenstrijdige belangen behoort zoveel mogelijk te worden vermeden.”
Er waren ook mensen die klaagden over de stelling (onduidelijk), of de mogelijke gijzeling van de stelling door ‘grote’ kantoren. “Ik vraag mij af in welke mate deze poll beinvloed kan worden door advocaten werkzaam bij de grote(re) kantoren. Als zij (belanghebbend bij een nee) allen nee stemmen, dan zou dat nog wel eens een vertekend beeld van het juridische meningenlandschap kunnen opleveren,” schrijft Peter Mijnlieff. Dat valt, gelet op de uitslag, kennelijk wel mee.