De Noord-Hollandse advocate die onlangs in hoger beroep van het tableau is geschrapt vanwege vreemd, verward gedrag en non-existente kennis van het strafrecht, heeft een tweede schrappingsmaatregel gekregen. Dit keer omdat zij na het ingaan van haar spoedschorsing bleef corresponderen als advocaat.
Advocate Oor uit Julianadorp ging vanaf 2016 opeens strafrecht doen nadat haar personen- en familiepraktijk niet meer goed liep. In de rechtszaal viel al snel op dat ze het strafrecht totaal niet meester was, onder meer in wat de Texelse schapenzaak is gaan heten. In de afgelopen jaren trokken onder meer rechtbankpresidenten, de politie en het Openbaar Ministerie aan de bel bij de Noord-Hollandse deken over haar optreden en merkwaardige gedrag.
Omdat diverse gesprekken en begeleiding door twee coaches niet het gewenste effect sorteerden, verzocht de Noord-Hollandse deken afgelopen voorjaar om een spoedschorsing op grond van Artikel 60b Advocatenwet. De Amsterdamse Raad van Discipline wees dit verzoek op 3 mei toe en schrapte de advocate zelfs direct van het tableau.
Na deze beslissingen verzocht de deken haar meermaals om haar lopende zaken over te dragen aan andere advocaten en om haar advocatenpas in te leveren. Hier gaf de advocate geen gehoor aan, waarop de deken met succes een kort geding aanspande om de dossieroverdracht alsnog voor elkaar te krijgen.
Brieven aan cliënten
De advocate stuurde intussen doodleuk een brief aan een voormalig cliënte, die inmiddels een andere advocaat had gevonden. Haar advies aan deze cliënte: laat je niet bijstaan door die andere advocaat en vraag om uitstel van je zaak. Enkele dagen later deed ze zelf een schriftelijk verzoek tot uitstel bij het hof in Arnhem. Met een andere cliënte nam ze per e-mail contact op, omdat er enkele dagen later een zitting gepland stond.
Dit gedrag leidde tot een nieuw dekenbezwaar bij de Raad van Discipline, met deze keer als verwijten de weigering om dossiers over te dragen en het blijven verrichten van werkzaamheden als advocaat, wat bij een schorsing uiteraard niet is toegestaan.
Ook al schreef ze in de correspondentie met haar cliënten eerlijk over haar schorsing, het blijft een schending van de schorsingsvoorwaarden, aldus de Raad van Discipline eerder deze maand, in een op 23 september gepubliceerde uitspraak. ‘Deze schendingen, mede bezien in het licht van de overwegingen van de raad die ten grondslag liggen aan de beslissing van 3 mei 2021 tot schorsing van verweerster, maken dat de maatregel van schrapping van tableau de aangewezen maatregel is.’
Omdat de deken vermoedt dat de advocate inmiddels ‘nauwelijks tot geen inkomsten heeft’, ziet de raad deze keer af van een proceskostenveroordeling.