SP’ers Michiel van Nispen en Lilian Marijnissen hebben 8 juni een amendement ingediend om het ‘uurtarief’ voor sociaal advocaten te verhogen: van 121 euro naar 137 euro. Volgens de politici dient de stijging als inflatiecorrectie.
Foto: Lilian Marijnissen, fractievoorzitter voor de SP, in de Tweede Kamer / Robin Utrecht / ANP
‘De sociaal advocatuur staat al lange tijd onder druk doordat met name sprake is van capaciteitsproblemen die voor een groot deel te maken hebben met vergoedingen die achterblijven,’ schrijven Marijnissen en Van Nispen in het amendement. De SP-politici stellen daarom voor om de vergoedingen voor toevoegingen te verhogen. Daarmee wordt het vak van sociaal advocaat aantrekkelijk, menen zij, en wordt de toegang tot het recht bevorderd.
Forfaitair puntensysteem
De verhoging die Marijnissen en Van Nispen voor ogen hebben, bedraagt een stijging van 16 euro: van 121 naar 137 euro. Opvallend is dat zij daarbij spreken over een uurtarief, terwijl de Raad voor Rechtsbijstand eigenlijk vergoedt middels een forfaitair puntensysteem. Grosso modo geldt hierbij dat ieder type zaak een vast puntenaantal heeft, en de vergoeding wordt gebaseerd op een punttarief (momenteel ongeveer 120 euro) – ongeacht de hoeveelheid tijd die een advocaat aan een zaak kwijt is.
Hoe dan ook moet de beoogde toename fungeren als inflatiecorrectie. ‘De kosten hiervan zijn 68 miljoen euro structureel,’ aldus de SP’ers, die de begroting van het ministerie van Justitie en Veiligheid met dit bedrag willen opschroeven. De tarieven voor sociaal advocaten kunnen dan vervolgens met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2023 worden verhoogd, stellen zij. De extra gelden voor deze structurele ‘dekking’ willen Marijnissen en Van Nispen putten uit een verhoogde vennootschapsbelasting.
Verlaging griffierechten
Marijnissen en Van Nispen vinden daarnaast dat voor volgend jaar ook een verdere verlaging van de griffierechten nodig is. ‘Dit zal zorgen voor een betere toegang tot het recht door het verkleinen van financiële barrières.’
Deze verlaging stond reeds op de planning, maar werd dit voorjaar beperkt. Volgens de politici was dit ‘louter vanuit budgettaire overwegingen’, met een ‘onwenselijke verslechtering’ tot gevolg. Zij verlangen dat hiervoor in de begroting van het ministerie elk jaar 25 miljoen euro extra wordt opgenomen.
Hoewel er een debat in de Tweede Kamer over de gesubsidieerde bijstand gepland stond op 14 juni, zal pas na het zomerreces uitsluitsel komen over de plannen van Marijnissen en Van Nispen: dit debat is namelijk uitgesteld.
Dit bericht is voor het laatst geüpdatet op 11 juni 2023.