Een Alkmaarse notaris moet van de notariële tuchtrechter zijn samenwerking met keten Nationale Notaris beëindigen dan wel herzien, om ontzetting uit het ambt te voorkomen. De Kamer voor het notariaat verbiedt deze samenwerking, omdat de positie van Nationale Notaris als 49% aandeelhouder ‘conflicteert met de bijzondere positie van de notaris’. Aanleiding voor deze uitspraak is een reeks klachten van zeven notarissen tegen ‘bestreden initiatieven in het notariaat’, met naast Nationale Notaris onder meer de HEMA-notarisservice.
Door Joris Rietbroek
Een poging van deze zeven notarissen om via de Raad van Discipline aan te tonen dat de uitkomst van de HEMA-tuchtprocedure vooropgezet was, strandde. Meer succes is er nu dus in deze volgende tuchtzaak bij de Kamer voor het Notariaat, waarin de notarissen onder leiding van Adriaan Rothfusz klachten indienden tegen een Alkmaarse notaris die deelneemt aan de HEMA-notarisservice, Nationale Notaris, Jazeker Notarisservice (van De Hypotheker) en degoedkoopstenotaris.nl, en tegen een notaris uit Haarlem die zich heeft aangesloten bij de DELA Notarisservice.
Het zijn niet zozeer de individuele notarissen zelf waar de klagers hun pijlen op richten, als wel ‘de Bestreden Initiatieven’. Door aan deze initiatieven deel te nemen, handelen de notarissen volgens hen in strijd met wet- en regelgeving waaronder zij vallen. Deelname geeft blijk van slecht ondernemerschap, aldus de klachten, en bovendien maken deze notarissen zich schuldig aan marktbederf door onder gangbare marktprijzen te werken, wat onnodige concurrentie in de hand werkt.
Dat zijn stuk voor stuk klachten die de Kamer voor het Notariaat naar de prullenbak verwijst, voor zover de klachten al ‘de inhoudelijke beroeps- c.q. praktijkuitoefening’ zelf raken. Zo is er voor de notaris die deelneemt aan de DELA Notarisservice geen vuiltje aan de lucht. Deze notaris valt volgens de Kamer voor het notariaat niets te verwijten. ‘Het feit dat notaris 1 voor cliënten die lid zijn van DELA, lagere tarieven hanteert dan de tarieven die klagers blijkbaar willen hanteren, betekent niet dat notaris 1 handelt in strijd met (tuchtrechtelijke) regels.’ Dat ‘in de voorbereidende fase door de DELA VoorelkaarDesk geen notaris is betrokken, dus ook niet notaris 1, betekent niet dat notaris 1 daarop geen controle kan uitoefenen.’
Wat betreft de deelname van de Alkmaarse notaris aan de HEMA-Notarisservice, verwijst de kamer naar het arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 16 juni vorig jaar. Die dienst is ‘technisch, juridisch en inhoudelijk gezien niet in strijd met de voor deelnemende notarissen geldende wet- en regelgeving’, en deelname eraan is daarom niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Hetzelfde geldt voor deelname aan degoedkoopstenotaris.nl, die de Alkmaarse notaris overigens vorig jaar heeft opgezegd omdat hij niet de goedkoopste bleek te zijn. Werkzaamheden die voortkomen uit deze site vallen namelijk onder de reguliere praktijk en tarieven van de notaris, terwijl de vergelijkingssite zelf overduidelijk geen notariële diensten verricht.
Participatiemodel
Bij Nationale Notaris, een initiatief van NNH met vijftig aangesloten kantoren en een centrale backoffice in Utrecht, is echter iets anders aan de hand. Hier zijn drie samenwerkingsvormen mogelijk: het aanlever- of instapmodel, het franchisemodel en het participatiemodel. De Alkmaarse notaris werkt samen op grond van het participatiemodel, wat inhoudt dat NNH binnen de vennootschap van de plaatselijke notaris 49% van de aandelen houdt en de plaatselijke notaris 51%, terwijl die laatste bestuurder van de statutaire vennootschap is.
‘De positie van NNH als 49% aandeelhouder conflicteert met de bijzondere positie van de notaris, voortvloeiend uit de Wet op het notarisambt,’ redeneert de kamer. ‘Met klagers is de kamer van oordeel dat de vennootschapsrechtelijke rechten van NNH de onafhankelijkheid en de zeggenschap van de notaris zodanig onder druk zetten dat sprake is van schending van de norm in artikel 17 leden 1 en 2 Wna.’
Bovendien onderstreept de kamer dat in het concept van de nieuwe Verordening Interdisciplinaire samenwerking 2015 – besproken tijdens de KNB-ledenraad van 3 februari 2016 – een bepaling is opgenomen die ‘uitdrukkelijk verbiedt dat aandelen in een praktijkvennootschap in handen zijn van anderen dan notarissen en beoefenaren van een toegestaan beroep’. Dit artikel is weliswaar nog niet in werking, erkent de kamer, maar dan nog is het aandeelhouderschap van NNH al in strijd met artikel 17 uit de Wna.
Onafhankelijkheid notaris beperkt
Daarnaast bespeurt de kamer in de overeenkomst met NNH meerdere punten die ‘de onafhankelijkheid en de zeggenschap van de notaris te veel beperken, zoals het gezamenlijk opstellen van de jaarbegroting en de verplichting dat 90% van de particuliere vastgoedakten in het backoffice van NNH moet worden voorbereid tegen betaling van vaststaande tarieven die ten laste van het resultaat komen’.
De klacht van de zeven notarissen over deelname aan Nationale Notaris is dan ook gegrond op basis van het participatiemodel, een samenwerking die ‘indien zij zou worden voortgezet, naar het oordeel van de kamer de maatregel van ontzetting uit het ambt zou kunnen rechtvaardigen, aangezien deze in strijd is met de kern van het ambt als notaris, te weten het uitoefenen van het ambt in onafhankelijkheid.’
Zover gaat de tuchtrechter echter nu nog niet: de Alkmaarse notaris krijgt de kans om binnen drie maanden de samenwerking in de huidige vorm te ‘ontvlechten’, zonder dat de kamer deelname door notarissen aan Nationale Notaris direct verbiedt. Wordt de samenwerking in aangepaste vorm voortgezet, dan zal de Kamer voor het notariaat zich hierover opnieuw moeten buigen.
Klik hier voor de uitspraak van de Kamer voor het notariaat (PDF)