De tuchtklacht die Micha Kat had ingediend tegen Houthoff Buruma voor het inhuren van oud-rechter Hans Westenberg voor cursussen aan haar advocaten, is door de Raad van Discipline niet-ontvankelijk verklaard. Dat blijkt uit een deze week gepubliceerde beslissing van de Raad.
Kat stelde in zijn klacht onder meer dat het advocatenkantoor gedragsregels had overtreden, ‘omdat het advocaten niet betaamt om rechters in te huren om tegen excessieve tarieven diensten te verlenen.’ Volgens hem was er sprake van omkoping, met het doel om voor de cliënten van het kantoor gunstige vonnissen te verkrijgen van de rechter.
De Raad van Discipline heeft deze klacht naar eigen inzicht niet inhoudelijk hoeven te behandelen. De tuchtrechter stelt dat Kat niet heeft kunnen aantonen dat hij direct in zijn eigen belang is geraakt door de nevenfunctie van Westenberg, uitgeoefend tussen 2005 en 2009. Dit maakt Kat’s klacht direct niet-ontvankelijk, omdat het recht om een klacht in te dienen slechts toekomt ‘aan diegene die door het handelen of nalaten waarover wordt geklaagd rechtstreeks in zijn belang is of kan worden getroffen,’ aldus de beslissing.
De Raad voor de Rechtspraak maakte deze zomer bekend dat rechters in het vervolg geen exclusieve cursussen meer mogen geven bij advocatenkantoren, dit om de schijn van te innige banden tussen advocaten en rechters weg te nemen. De regels worden per september 2013 aangescherpt.