Advocaten die bemiddelen bij consumentenkredieten – waaronder het treffen van betalingsregelingen – worden toch niet onderworpen aan een vergunningsplicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Dit meldt de Orde van Advocaten (NOvA) dinsdag. De orde verzette zich sinds vorig jaar hevig tegen het plan voor deze vergunningsplicht.
De AFM kondigde vorig jaar april aan dat advocatenkantoren die bemiddelen bij consumentenkredieten ook onder de vergunningplicht zouden vallen, net als belastingadviseurs, accountants en gerechtsdeurwaarders. De financiële toezichthouder baseerde zich daarbij op de Leidraad Consumenten en Incassotrajecten.
‘De NOvA heeft vervolgens in een indringend gesprek met de AFM aangegeven dat de werkzaamheden van een advocaat niet vallen onder de reikwijdte van de Wft,’ aldus de orde in een bericht op de eigen website. Dit gesprek leidde er toe dat de AFM voor het moment niet zou handhaven en ging de rol van advocaten bij het adviseren over krediet nader ging onderzoeken.
Hierna volgde overleg tussen de NOvA en de ministeries van Financiën en Justitie en Veiligheid. In een consultatie inzake de wijziging van de Vrijstellingsregeling Wft werd vervolgens opgenomen dat advocaten geen vergunning nodig hebben voor het verrichten van incassowerkzaamheden.
‘Daarmee sluit het ministerie aan bij onder meer de regels van het Burgerlijk Wetboek, de Advocatenwet en de beroeps- en gedragsregels van de advocatuur,’ stelt de NOvA. ‘Dit houdt ook in dat de deken de toezichthouder is op advocaten en niet de AFM.’
De Vrijstellingsregeling Wft is inmiddels conform de consultatie aangepast en wordt van kracht per 1 januari 2019.