Toen vorige week de CPB-cijfers bekend werden gemaakt, werd veelvuldig een parallel getrokken met de jaren ’30 van de vorige eeuw. Het leek wel zoiets als een radioprogramma: Terug naar de hits van… Nou, de parallel is misschien het dalingspercentage van boven de 3%, maar voor de rest gaat de vergelijking volgens mij mank.
Laten we voor de aardigheid eens terugkijken naar de advocatuur in die periode. Welnu, daar kunnen we kort over zijn. In 1921 verscheen het eerste ontwerp ‘Eere- regelen’ voor Advocaten, dat in 1939 van kracht werd. De Advocatenwet is uit 1947, maar deze werd, door het uitbreken van de oorlog, pas in 1952 van kracht. Een ander historisch feit: het grootste advocatenkantoor in 1960 bestond uit maar liefst twaalf advocaten.
Het betreft een ander tijdperk waarover weinigen onder ons “live” kunnen verhalen. Als je op je 20e als ‘coming man’ werkzaam was op het zestiger jaren kantoor, dan ben je nu 69 jaar. Met andere woorden, die mensen hebben de advocatuur meestal al verlaten. De vergelijking met de dertiger jaren is leuk voor de media, maar bijna niemand, behalve onze grootouders, hebben in die periode geleefd. We kunnen er weinig mee.
Wat valt er te leren uit het verleden?
Interessanter is het om naar macro economische studies te kijken. De Kondratieff cyclus is bijvoorbeeld heel leerzaam en wordt ook nog steeds aangehaald. Eigenlijk zou ieder kantoor een strategie paraat moeten hebben voor het eind van de cyclus.
Maar ja, welk kantoor heeft nu een economisch strateeg in dienst? Of wie huurt ze in? En zo er al eentje rondloopt of wordt ingehuurd, moet deze ingaan tegen een groot aantal eigenwijze professionals die in hoogtijdagen bakken geld binnen sleepten. Het jaar 2007 was een financieel topjaar. Had je hen dan moeten vertellen dat ze het niet goed doen of deden? Of dat ze anti-cyclisch moeten denken? Dat klopt allemaal natuurlijk wel, maar net als de waarheid van de klokkenluider, wordt die weggelachen.
How to spend it
Dat is de titel van een prachtige bijlage van de Financial Times over hoe je een chalet in de Alpen kunt aankopen, hoe je kunt reizen op de Galapagos of hoe je moet rijden met je 4 wheel BMW. Is dat nog aan de advocatuur besteed?
Ja hoor, deze bijlage kunnen we nog steeds met veel plezier lezen. Voorlopig eet nog niemand een boterham minder. Misschien een vliegreisje minder, maar 4x per jaar op vakantie gaan, dat nam toch al idiote vormen aan.
Er zullen misschien wel wat ontslagen vallen of wat partners eerder ‘afgevoerd’ worden, maar dat kan ook geen kwaad. Veel kantoren deden toch al bitter weinig met partnerevaluatiesystemen of een vorm van intervisie. Dat kan nu mooi ingehaald worden.
Ik hoop wel dat er een einde komt aan de ‘arrogantie van de groei’, en dat de huidige kantoren meer open gaan staan voor een professionele bedrijfsvoering, denken op lange termijn, zorg voor hun mensen en de kwaliteit van het kantoor. In die zin lijkt een terugkeer naar de vooroorlogse tijden – die ik ook niet heb meegemaakt – wel nuttig. Toen was immers “geluk nog heel gewoon”.
Christ’l Dullaert, Le Tableau