Afgelopen vrijdag werd het eerste exemplaar van de Stand van de Advocatuur en het Notariaat 2014 uitgereikt aan de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan. Die wilde de aanwezigen vooral een hart onder de riem steken, na jaren van crisis: “Hou nog even vol, ontsla niet teveel mensen, want binnen een paar jaar zijn we weer waar we vijf of zes jaar geleden waren. En verder.”
Door Joris Rietbroek en Lucien Wopereis
Naar schatting honderd genodigden waren naar het WTC aan de Amsterdamse Zuidas gekomen om de presentatie van de 19e Stand van de Advocatuur en het Notariaat bij te wonen. Burgemeester Van der Laan komt door overmacht wat te laat voor het onderdeel waarvoor hij is uitgenodigd, het in ontvangst nemen van het eerste exemplaar, en spreekt de aanwezigen daarom toe tijdens de afsluitende borrel.
Hij gaat in zijn speech, staand op een tafel, kort in op business development, het thema van de Stand van dit jaar. In zijn advocatuurlijke jaren begreep hij “geen snars” van business development, maar dat veranderde toen hij burgemeester werd van Amsterdam. Toen kreeg hij te maken met citymarketing, het aanprijzen van Amsterdam “in alle landen waar een vliegveld is”. De daarbij horende riedel heeft Van der Laan inmiddels zeer goed in het hoofd. “Als je in Amsterdam werkt, dan kun je je kinderen naar de crèche brengen, even langs gaan bij kantoor, naar Barcelona vliegen voor een zakenlunch, en ‘s avonds op tijd weer terug zijn om de kinderen op te halen. Mensen in het buitenland vinden dat fantastisch. Die zijn alleen al twee uur bezig om naar het vliegveld te komen.”
Keynote
De middag is ruim anderhalf uur eerder afgetrapt door keynote speaker Mark van Eck, auteur van het managementboek Business plan op één A4. Van Eck hamert vooral op het stellen van doelen en de strategie van het kiezen. “Daar zijn we in Nederland notoir slecht in. Het wordt in het buitenland de Dutch Disease genoemd. Niet kiezen is de verkeerde keuze. Waar we goed in zijn: het schrijven dikke rapporten die we vervolgens niet lezen. Daar zouden we meteen mee op moeten houden.”
Amerikanen, die pakken dat heel anders aan. President Kennedy liet in 1961 het volk weten: ‘I want a man on the moon before the end of this decade. I want a man on the moon before the Russians, and at least one of the astronauts has to make it back alive.” Een helder verhaal, dat ook door alle medewerkers van de ruimtevaartorganisatie werd uitgedragen. Toen een schoonmaker bij de NASA werd gevraagd wat voor werk hij deed, antwoordde hij: ‘I am helping to put a man on the moon.’ Van Eck besluit: ‘wat is úw man op de maan?’
Tussen de bedrijven door worden de Gouden Zandlopers uitgereikt. De juryprijs Gouden Zandloper voor business development wordt uitgereikt aan AKD door Annemarie Roukema van de Stichting Jonge Balie Nederland, de Gouden Zandloper voor de snelste groeier in de periode 2010-2014 gaat naar Linklaters en de Gouden Zandloper M&A gaat naar De Brauw Blackstone Westbroek: het kantoor sloot het afgelopen jaar blijkens de databank van Overfusies de meeste M&A deals.
Debat: wordt de advocatuur ingehaald?
Daarna loopt het podium vol met zes gezaghebbende mannen. Onder leiding van Nico Mookhoek (Sdu) mogen De Brauw-bestuursvoorzitter Martijn Snoep en Freshfields’ managing partner Winfred Knibbeler (Freshfields) en deken Walter Hendriksen de advocatuur verdedigen, onder meer over de vraag of de beroepsgroep niet allang en breed is ingehaald door andere juridische dienstverleners.
Namens ‘die anderen’ is Jan Moerland van rechtsbijstandverzekeraar DAS present, terwijl de accountancyreuzen worden vertegenwoordigd door Peter Schimmel (Grant Thornton) en Frans Stibbe. Het is Moerland die direct de aanval op de advocatuur opent: “De advocatuur vraagt nog steeds veel te veel geld en is daarom al jaren geleden ingehaald. Zestig procent van de Nederlanders denkt ooit eens met rechtsbijstand te maken te krijgen, maar zegt dat ze geen advocaat kunnen betalen. Dat deel van de markt is de advocatuur eigenlijk al kwijt. Daarnaast is de beheersbaarheid van juridische kosten voor ons een core-competentie, maar geen thema voor de advocatuur. Terwijl uit onze internationale praktijk blijkt dat advocaatkosten in Nederland buitensporig hoog zijn.”
Snoep werpt tegen dat de tarieven van de grootste topkantoren goed te rechtvaardigen zijn. “Wij zijn goed in staat om de juiste prijs te vragen voor de waarde van onze dienstverlening.” Knibbeler voegt toe: “Als je maar genoeg toevoegde waarde biedt, worden hoge tarieven niet snel als onredelijk aangemerkt.” Deken Walter Hendriksen gebruikt krachtiger bewoordingen: “Ik begrijp dat hele gedoe over die prijzen niet. Die zijn redelijk en excessief declareren komt nauwelijks voor.”
Hendriksen werpt daarnaast tegen dat de advocatuur op achterstand zou liggen, zeker over de hele breedte: “Er wordt niets ingehaald, de strafadvocatuur en de sociale advocatuur bijvoorbeeld niet. Voor de laatste groep geldt overigens dat niemand die wíl inhalen.” Nadat de zaal is uitgelachen, vervolgt hij: “De markt is groot; van de 17.000 advocaten in Nederland werken er maar 2500 bij de grootste kantoren.”
Frans Stibbe van Deloitte Legal beaamt dit: “De markt is zo versnipperd geraakt dat er genoeg ruimte is.” Ook voor juridische diensten van Deloitte Legal dus, dat vastbesloten is een flinke hap uit de koek te nemen. “Daarbij profiteren we ervan dat we deel uitmaken van een omvangrijk netwerk, zodat we zeer efficiënt en kosteneffectief kunnen werken.” Peter Schimmel merkt als voorman van een concern dat tevens diensten verleent aan de advocatuur juist op dat de advocatuur momenteel weer meer met een Grant Thornton begint te concurreren door diensten als forensische accountancy aan te bieden. “De advocatuur moet zich weer meer specialiseren om zich te onderscheiden, wat ons weer scherper moet houden.”
Bredere rechtenopleiding
Neen, bedreigingen voor de advocatuur zijn niet zo zeer rechtsbijstandverzekeraars of accountantskantoren die juridische diensten aanbieden. Knibbeler ziet andere risico’s: “Bedreigingen zijn eerder dat het vestigingsklimaat in Nederland onder druk staat door diverse politieke interventies, en dat grote kantoren nog altijd veel commoditized werk doen.” Snoep kan hierop handig inhaken met zijn huidige stokpaardje: als de advocatuur niet op achterstand wil raken, dan moet de rechtenopleiding breder worden en moeten andere bachelors dan rechten kunnen worden toegelaten tot de advocatenopleiding, zoals hij vorige week met vier andere bestuursvoorzitters betoogde in NRC Handelsblad.
“Ik wil daarmee niet zeggen dat advocaten nu ook klinisch psycholoog moeten worden. Het gaat om basiskennis van andere relevante vakken naast de juridische kennis”, zo legt hij tijdens het debat graag nog eens uit. “Op die manier kan de advocatuur op den duur beter inspelen op de wensen van cliënten. Daarnaast is de beroepsopleiding de kraamkamer voor veel andere juridische beroepen. Advocaten die nu doorstromen naar bedrijfsjuridische functies zijn gebaat bij een bredere achtergrond.”
Het is een plan waar deken Hendriksen het zijne over denkt, en hij niet alleen: “Martijn heeft een hoop lof ontvangen, ik een hoop gevloek. We moeten nog maar eens een goed gesprek hebben met de ondertekenaars van dat stuk, en dat gaat op 17 april gebeuren. Het idee is in ieder geval, ehm, innovatief.”
Klik hier voor de volledige Top 50
U kunt de Stand van de Advocatuur en het Notariaat 2014 bestellen via onderstaande bestelknop