In zijn rol van plaatsvervangend rechter heeft advocaat Gerard Spong in de jaren tachtig een blunder begaan door iemand foutief te veroordelen voor moord. Dat erkent hij in een uitzending van het NCRV-programma Altijd Wat, dinsdagavond 16 juli om 21.10 uur op Nederland 2.
Spong was destijds plaatsvervangend rechter in de Zaanse paskamermoordzaak, waarbij een 21-jarige vrouw in 1984 dood werd gevonden in een kledingwinkel. De verdachte die in 1986 werd opgepakt, kende het slachtoffer en bleek geen sluitend alibi te hebben. Het college waar Spong deel van uit maakte, veroordeelde hem tot twaalf jaar cel. In hoger beroep bleek een geurproef waarop de uitspraak mede was gebaseerd, toch onbetrouwbaar en werd de man vrijgesproken.
Spong erkent in de uitzending dat het vonnis fout was. Bovendien stelt hij dat rechters altijd het gesprek aan zouden moeten gaan met mensen die later ten onrechte veroordeeld blijken te zijn. De advocaat heeft er naar eigen zeggen wel eens aan gedacht om na zoveel jaar excuses aan te bieden. “Dat wilde ik wel doen, ik heb er wel eens over gesproken met mijn mede-rechters, maar het is er nooit van gekomen.” Excuses op persoonlijke titel vindt Spong niet gepast: “Ik vind dat je zoiets moet doen als college.”