Het kabinet zou de markt zo moeten reguleren dat ‘vermenging van accountancy- en advocatenpraktijken geen doorgang kan vinden’. Die oproep heeft Tweede Kamerlid Michiel van Nispen (SP) verpakt in Kamervragen over plannen van de grote accountantskantoren om de advocatuurlijke markt te bestormen.
Foto Van Nispen: ANP / Fotobureau Dijkstra
De vragen van Van Nispen vloeien voort uit recente berichtgeving van het FD, over hoe Deloitte, EY en KPMG Meijburg ‘staan te trappelen om de advocatenmarkt te bestormen’ (PwC stelt geen interesse te hebben). Een diepe wens c.q. belofte die overigens al jaren in de lucht hangt en vaker door de kantoren is uitgedragen. De oudste artikelen met de term ‘advocountants’ erin dateren alweer van het begin van deze eeuw.
Deze kantoren zouden nu ook concreet in de toekomst meer advocatendiensten willen aanbieden, als gevolg van de versoepeling van de advocatenregels die de Orde van Advocaten begin december aankondigde. De versoepeling houdt in eerste instantie in dat advocaten in loondienst van een verzekeraar ook niet-verzekerden mogen bijstaan. De Big Four hopen op termijn ook advocaten in dienst te kunnen nemen om zo een deel van de markt te kunnen overnemen. In Engeland hebben Big Four-kantoren recent hele advocatenkantoren of juridische dienstverleners overgenomen; zo heeft Deloitte Legal vorig jaar Kemp Little ingelijfd.
‘Kan vermenging door de beugel?’
Van Nispen wil nu van de demissionaire ministers Hoekstra (Financiën) en Dekker (Rechtsbescherming weten in hoeverre de bestaande wetten en regels ‘een vermenging van accountants- en advocatenwerk, zoals bijvoorbeeld voorgesteld door Deloitte, EY en KPMG Meijburg’ in de weg staan. “Met andere woorden: kan een dergelijke vermenging op dit moment wettelijk door de beugel? Zo ja, vindt u dit wenselijk en waarom dan?”
De SP-politicus wijst in dit kader op meerdere onderzoeksrapporten uit onder meer Groot-Brittannië, Duitsland, Australië en Nederland, waarin wordt gewaarschuwd voor ‘perverse prikkels’ die kunnen uitgaan van een samenloop tussen accountants- en advocatendiensten. “Ziet u ook dat de belangen van accountants, die in essentie onafhankelijk, objectief en onpartijdig moeten opereren, zich zeer slecht verhouden tot de belangen van een advocaat, die het cliëntbelang altijd voorop moet stellen, en bent u het er dan mee eens dat deze twee branches beter gescheiden zouden kunnen blijven?”
Een gevaarlijke cocktail
Ook wil Van Nispen weten of deze ontwikkeling wel los kan worden gezien van een ander actueel heet hangijzer: de onafhankelijkheid van de zogenoemde ‘zelfonderzoeken’ door advocaten bij de cliënten die hen hebben ingehuurd. Wat de SP’er betreft zijn de twee ontwikkelingen ‘een heel gevaarlijke cocktail’. Vandaar zijn vraag: “Bent u bereid de markt dusdanig te reguleren dat vermenging van accountancy en advocatenpraktijken geen doorgang kan vinden? Zo nee, waarom niet?”
Het Tweede Kamerlid staat niet alleen in zijn kritiek: hij verwijst naar een opinie van hoogleraar accountancy Marcel Pheijffer in het FD. Hij noemt de ontwikkeling een ‘verkeerd signaal’: “Accountants horen onafhankelijkheid, objectiviteit en onpartijdigheid hoog in het vaandel te hebben staan. Bij een advocaat staat het cliëntbelang altijd voorop.”
Advocatie publiceerde vorig jaar een uitgebreid artikel over hoe de Big Four op het vlak van legal tech de traditionele advocatuur voorbij dreigen te streven, onder meer dankzij regelgeving en de enorme financiële slagkracht van de organisaties. Teruglezen: deel 1 en deel 2.