De rechtenfaculteit van de Universiteit Maastricht vindt dat ze het Matching and Binding project best al een succes mag noemen. Een online vragenlijst die geïnteresseerde scholieren de code groen, rood of oranje geeft, moet de faculteit helpen de potentieel (on)gemotiveerde studenten alvast op te sporen en de scholieren een extra steuntje te geven bij hun studiekeuze.
Dit jaar is de Universiteit Maastricht bij de opleidingen Nederlands recht, Fiscaal recht en European Law School voor het eerst begonnen met het project Matching and Binding. Zoals de naam al zegt, wordt gekeken of er een match is tussen de opleiding en de scholier die zich daarvoor wil inschrijven. Tijdens het inschrijven komt de scholier bij een verplichte vragenlijst, waarna hij automatisch een van de drie codes krijgt. De Universiteit wil daarmee jongeren behoeden voor een verkeerde keuze, maar ook studentenuitval tegengaan. Bovendien willen ze voorkomen dat slecht gemotiveerde studenten een negatieve invloed uitoefenen op andere studenten.
Observant, het weekblad van de Universiteit Maastricht, sprak met onderwijskundig adviseur Rina Vaatstra, die nauw bij het project betrokken is. Zij zegt: “Schoolcijfers, van met name Nederlands, wiskunde en Engels, zijn belangrijk. Maar ook gegevens over hoe iemand studeert en wat hij van plan is om naast zijn studie te doen, zijn doorslaggevend.” Als een student de code rood krijgt, wordt hij uitgenodigd om op een adviserend gesprek te komen. Dat gebeurde dit jaar bij 7 (3%)van de 241 potentiële rechtenstudenten die de vragenlijst invulden. Tweederde kon meteen door en 30 procent was een twijfelgeval en kreeg de code oranje. De helft daarvan wordt ook op gesprek gevraagd, de rest krijgt een waarschuwingsmail. Tijdens zo’n gesprek wordt uitgezocht of de jongere de voorlichtingsinformatie verkeerd heeft begrepen, niet goed heeft nagedacht over zijn keuze of iets anders verwacht van de opleiding. Na het gesprek is iedereen – code rood, oranje of groen – vrij om zich in te schrijven. De universiteit wil alleen dat ze weten waar ze aan beginnen.
Sterke relatie code – score tentamens
Nu de eerste twee studieblokken achter de rug zijn en ook bekend is hoeveel studenten zich voor 1 februari uitschreven, ziet de faculteit – hoewel het misschien nog wat vroeg is – volgens Vaatstra “een sterke relatie tussen de antwoorden op de vragenlijst, vooral over zelfstudie-uren en studievaardigheden, en het wel of niet slagen voor tentamens.” Bij de studenten die zich voor 1 februari uitschreven zitten bovendien “redelijk wat studenten die met een rode of oranje code zijn begonnen.”
Eenmaal op de universiteit worden studenten in de gaten gehouden met een studievolgsysteem. Haal je een 5, dan krijg je een uitnodiging voor een studievaardighedentraining. Haal je een 4, 3 of 2, dan wordt je doorverwezen naar een mentor. Ook daarin kunnen studenten overigens niet gedwongen worden; het is een handreiking die ze ter harte kunnen nemen, of niet.
Een aantal dingen in het project zullen komend jaar wat worden aangescherpt. Meer mensen zullen in de oranje categorie vallen, omdat nu toch sommige studenten uit de groene categorie alleen maar onvoldoendes halen. Ook komt er een inhoudelijke casus in de vragenlijst en wordt er nog meer gelet op studievaardigheden en studie-uren. Het codesysteem moet echter niet te streng worden. Vaatstra: “We moeten er rekening mee houden dat sommige studenten moeten wennen. Het zou zonde zijn als je hen geen kans geeft.”