De secretaresse van een notariskantoor bespreekt met enkele moeders van het voetbalteam van haar zoon – naar later blijkt – gevoelige informatie, die zij had gehoord van haar zoon en de buren. Een en ander blijkt een cliënt van het notariskantoor aan te gaan. De notaris krijgt hier lucht van en wil haar wegens schending van haar geheimhoudingsplicht ontslaan, op staande voet nog wel.
Dat laatste is althans in geschil voor de kantonrechter bij de Rechtbank Noord-Nederland. Het gaat dus om informatie over een cliënt van het kantoor, maar de secretaresse heeft die informatie niet in het kader van haar werkzaamheden ontvangen.
De secretaresse is al ruim 17,5 jaar in dienst bij notariskantoor Mulder in Heerenveen, als ze op 11 april 2017 tot haar eigen verrassing door notaris Mulder wordt geschorst wegens schending van haar geheimhoudingsplicht jegens een cliënt. Ze moet direct haar sleutels inleveren, haar persoonlijke spullen pakken en wegwezen. De notaris mailt haar diezelfde dag nog dat hij reden heeft om haar op staande voet te ontslaan, maar dat hij haar in verband met nader onderzoek eerst schorst.
De secretaresse is zich van geen kwaad bewust, is het niet eens met de schorsing en neemt een advocaat in de arm. Een gesprek op kantoor van op 30 mei 2017 verloopt rommelig en leidt in eerste instantie niet tot een oplossing, behalve dat de notaris zou hebben gezegd alle grond te zien voor ontslag op staande voet. Pas als de secretaresse een verzoekschrift bij de rechtbank heeft ingediend, schrijft de notaris haar dat zij haar baan kan behouden, als ze dit tenminste wil.
Daar gaat haar advocaat niet in mee: ‘U heeft cliënte op 30 mei jl. op staande voet ontslagen. Uw letterlijke woorden waren dat u “op basis van het onderzoek geen andere mogelijkheid ziet dan ontslag op staande voet”.’ De notaris blijft erbij ontslag op staande voet enkel te hebben overwogen en dat hij na overleg met zijn advocaat uiteindelijk bereid was tot mediation. Het salaris over de maand juni had hij keurig uitbetaald.
Hoe dan ook eist de secretaresse onder meer een billijke vergoeding van 24.000 euro en een transitievergoeding van 12.000 euro, omdat zij onterecht op staande voet zou zijn ontslagen. En wat betreft die schending van haar geheimhoudingsplicht stelt haar advocaat: ‘Zij heeft niet meer gedaan dan informatie die zij van haar zoon en van een aantal buren wist bespreken met andere moeders van het voetbalteam van haar zoon. [verzoekster] betwist dat zij inhoudelijk contact heeft gehad met [A] als cliënte van het notariskantoor en stelt dat zij ook niet op de hoogte was van een mogelijke relatie tussen Notariskantoor Mulder en [A].’
Omdat de secretaresse en de notaris lijnrecht tegenover elkaar blijven staan over wat er tijdens het ‘rommelige’ gesprek van eind mei nu precies is gezegd, ziet de kantonrechter in een tussenbeschikking van 16 augustus geen andere oplossing dan de verzoekster een bewijsopdracht mee te geven. De rechter kan namelijk niet vaststellen of ‘notariskantoor Mulder [verzoekster] op 30 mei 2017 op staande voet heeft ontslagen of dat zij enkel de mogelijkheid van ontslag op staande voet heeft aangegeven en haar definitieve besluit daarover heeft aangehouden.’
De secretaresse heeft tot eind augustus de tijd om te komen met feiten of getuigen die kunnen aantonen dat zij inderdaad op staande voet is ontslagen. Wordt vervolgd dus.