Poelmann van den Broek heeft in hoger beroep een schikking getroffen met een deurwaarderskantoor dat het Nijmeegse advocatenkantoor voor de rechter had gedaagd om een onbetaalde factuur van 36.480 euro. Dit meldt Poelmann van den Broek in een persbericht.
Deurwaarderskantoor GGN Mastering Credit stelde in opdracht van Poelmann van den Broek ruim 36.000 euro aan kosten te hebben gemaakt bij de ontruiming van een bedrijfspand van een cliënt van Poelmann. Dit gebeurde in het voorjaar van 2010; de factuur van GGN volgde pas vier jaar later.
Het advocatenkantoor betwistte opdracht te hebben gegeven voor een volledige ontruiming, waarop GGN een procedure startte. Het advocatenkantoor kreeg in februari 2017 grotendeels gelijk van de rechtbank Gelderland. De rechter oordeelde wel dat het kantoor bijna een kwart van het bedrag alsnog moest betalen, omdat GGN had aangetoond dat Poelmann van den Broek wel degelijk had gevraagd om enkele spullen uit het pand weg te laten halen. Voor het verwijderen en afvoeren van afval van het bedrijfsterrein was echter geen opdracht gegeven, volgens de rechter.
In het door het deurwaarderskantoor aangespannen hoger beroep bereikten Poelmann van den Broek en GGN alsnog een schikking, al zijn details hierover niet bekend gemaakt. De procedure bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is hoe dan ook alsnog ingetrokken.
‘Poelmann van den Broek kijkt altijd kritisch naar facturen van ingeschakelde derden – zoals een deurwaarder – omdat deze uiteindelijk worden betaald door haar cliënt,’ meldt het kantoor. ‘Als een factuur in onze ogen te hoog is, komen wij op voor de belangen van onze cliënt, zelfs als we hiervoor op eigen kosten een procedure moet voeren. Dat was hier ook het geval.’