De inzet van reservisten bij beraadslagingen in de raadkamer van de Hoge Raad is niet in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens of het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten. Het door advocaat Willem Jebbink ingediende wrakingsverzoek van leden van de Strafkamer van de Hoge Raad moet om die reden worden afgewezen, concludeert het Parket bij de Hoge Raad.
Volgens procureur-generaal Silvis berust de behandeling van en de beslissing in strafzaken bij drie of vijf raadsheren. ‘De aanwezigheid en eventuele inbreng van de andere leden van de strafkamer bij de beraadslaging in de raadkamer met het oog op de rechtseenheid, brengt daarin geen verandering. Niet valt in te zien dat deze wijze van beraadslaging in raadkamer objectief in strijd komt met het recht op een onpartijdige rechter zoals dat is voorzien in art. 6, eerste lid, EVRM en in art. 14, eerste lid, IVBPR of aanleiding kan geven tot gerechtvaardigde vrees dat de door de wet toegekende rechter aan de verdachte zou worden ontnomen,’ aldus Silvis
Jebbink wraakte de rechters omdat hij heeft bezwaar tegen de volgens hem niet transparante wijze waarop gebruik wordt gemaakt van reservisten die raadsheren van de Hoge Raad kunnen adviseren. Volgens Jebbink vindt daarbij ‘onzichtbare beïnvloeding plaats, mogelijk nadelig voor de advocaat en zijn cliënt’. Verder is volgens Jebbink door de inzet van reservisten onduidelijk of uitspraak is gedaan door een oneven aantal rechters.
Het wrakingsverzoek werd ingediend in een zaak van een aangehouden demonstrante in Zeist. Zij protesteerde in 2007 op de publieke tribune van de gemeenteraad van Zeist tegen de bouw van een detentiecentrum voor asielzoekers en hun kinderen. Jebbink vroeg in deze zaak of ook reservisten deelnamen aan de beraadslagingen, maar kreeg geen antwoord van de Hoge Raad.
Procureur-generaal Silvis refereert in zijn conclusie ook nog kort aan de aangifte die professor Jesserun d’Oliveira in 2017 deed wegens schending van de geheimhoudingsplicht ‘die impliciet zou zijn aan het toelaten van reservisten bij beraadslagingen in de raadkamer’. Die aamgifte werd door het openbaar ministerie geseponeerd.