De Nederlandse Orde van Advocaten wil een gesprek met minister Jeanine Hennis van Defensie over het afluisteren van advocaten door de militaire geheime dienst MIVD. Dit meldt het ANP vrijdagmiddag. De aanleiding voor dit verzoek is een brief van de minister waarin zij schrijft dat ‘bijzondere bevoegdheden’ kunnen worden ingezet tegen een advocaat als dit nodig is ‘om zicht te krijgen op een ‘target’ van de MIVD.
De in militair strafrecht gespecialiseerde advocaat Sébas Diekstra, werkzaam bij Delissen Martens in Den Haag, ontving deze brief in antwoord op zijn vraag in welke gevallen de minister het afluisteren van vertrouwelijke gesprekken tussen advocaat en cliënt toelaatbaar vindt. Diekstra had zich afgelopen zomer beklaagd bij de minister over de vermeende afluisterpraktijken door de MIVD.
De Orde is bezorgd omdat uit deze brief niet zou blijken in welke mate de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst MIVD terughoudend is met het tappen van advocaten. Meer dan enkele beperkingen vermeldt de brief niet; zo mag een advocaat hooguit één maand afgeluisterd worden in plaats van de gebruikelijke drie maanden. Dat zegt volgens de Orde echter niets over de gronden waarop een advocaat getapt kan worden.
“Als advocaten worden afgeluisterd, betekent dat ook een schending van hun geheimhoudingsplicht en een schending van het recht op een eerlijk proces”, aldus de Orde, die ervoor pleit dat een onafhankelijke rechter vooraf toetst of geheime diensten bevoegd zijn een advocaat af te luisteren.