Opnieuw is Stibbe het populairste kantoor onder rechtenstudenten, met Loyens & Loeff en De Brauw Blackstone Westbroek als nummer twee en drie. Allen & Overy ziet de sterkste terugval in uitgesproken voorkeur.
De Legal Top Talent Survey is het resultaat van onderzoek naar de werkgeversreputatie en aantrekkelijkheid van advocatenkantoren in de Nederlandse markt – verricht door Legal Top Talent, een werving- en selectiebureau voor ‘excellente rechtenstudenten’. De survey is voor het zevende achtereenvolgende jaar gepubliceerd. Aan de survey deden 368 respondenten mee, waarvan 64 procent vrouw en 36 procent man – de gemiddelde leeftijd van de respondent was 22 jaar
De top drie van populairste kantoren ligt dichtbij de top bekendste kantoren onder studenten: hier staat De Brauw bovenaan, gevolgd door Stibbe, Houthoff, Loyens & Loeff en BakerMcKenzie. Het is voor het eerst dat Baker McKenzie een plaats in deze top vijf heeft. Uit het lijstje van Legal Top Talent blijkt daarnaast dat de internationale kantoren in ons land nog relatief onbekend zijn onder de studentpopulatie – met Baker McKenzie dus als uitzondering.
Starten in de advocatuur
Ruim tachtig procent van de respondenten geeft aan te willen starten in de advocatuur. ‘Slechts’ 38 procent hoopt een startersfunctie in de corporate juristerij te bemachtigen, en 37 procent geeft aan een startplek bij de Big Four wel te zien zitten.
Wat de studenten afschrikt aan de advocatuur is de slechte work-life balance, aldus het onderzoek. Wel zes op de tien studenten geeft dit als reden om eventueel ergens aan de slag te gaan. Dertig procent gaf aan meer ‘purpose’ in zijn of haar werk te zoeken dan de advocatuur kan bieden; dit aantal is gegroeid ten opzichte van vorig jaar, toen nog 25 procent dit als reden gaf. Ook de sterke hiërarchie, waar voornamelijk de grote kantoren om bekend staan, schrikt af.
Thuiswerken
De mogelijkheid om een deel van de werkweek thuis te werken wordt door 41 procent van de respondenten als ‘Belangrijk’ of ‘Heel erg belangrijk’ benoemd – wel heeft het merendeel van de studenten een voorkeur om slechts een tot twee dagdelen per week vanuit huis te werken
Ook bij de toekomstige advocaten lijkt de trend van het ‘baanhoppen’ door te breken. Het aandeel studenten dat meer dan vier jaar bij hun startkantoor verwacht te werken is gedaald. Slechts twintig procent van de studenten verwacht zelfs meer dan zes jaar bij hun eerste werkgever te werken. Één op de vier denkt dat ze in de eerste vier jaar alweer een nieuwe baan zullen hebben.