Het aandeel van de kantoren waar de winst gelijk verdeeld wordt tussen de partners, al of niet met ingroeiregeling (lockstep) voor nieuwe toetreders, is opvallend groot, namelijk 75%. Verder is parttime werken voor partners inmiddels algemeen geaccepteerd: de strafkorting komt praktisch niet meer voor. Dat blijkt uit het onderzoek Partnercondities Advocatenkantoren van RaymakersvdBruggen. Directeur Maarten de Haas licht toe.
RaymakersvdBruggen heeft in het najaar van 2011 een onderzoek naar de voorwaarden voor het partnerschap bij advocatenkantoren uitgevoerd. Over toetredingsvoorwaarden, winstverdeling, parttime werken en uittrederegeling bestond wel enig inzicht, maar geen systematisch verzamelde gegevens. Door middel van het onderzoek probeert RaymakersvaBruggen in deze lacune te voorzien.
De gedetailleerde (financiële) uitkomsten van het onderzoek zijn voorbehouden aan de deelnemers. Maarten de Haas kan wel een paar algemene conclusies geven. “Veel van de uitkomsten van het onderzoek lagen in de lijn der verwachtingen, maar er waren ook opvallende uitkomsten. Het aandeel van de kantoren waar de winst gelijk verdeeld wordt tussen de partners, al of niet met ingroeiregeling (lockstep) voor nieuwe toetreders, is opvallend groot, namelijk 75%. Hetzelfde geldt voor het laten ingroeien van nieuwe partners boven het betalen van een goodwillvergoeding; eveneens 75% van de deelnemers hanteert een ingroeiregeling voor nieuwe partners en vraagt geen directe goodwillbetaling,” aldus De Haas.
De vergoeding bij uittreden – dus bovenop de uitbetaling van de kapitaalrekening, achtergestelde lening of de nominale waarde van de aandelen – bestaat nog slechts bij circa 40% van de kantoren. “Bekend was dat het aandeel van kantoren met uittredevergoeding terugliep, maar niet dat dit inmiddels een minderheid is,” stelt De Haas.
Parttime werken voor partners is inmiddels algemeen geaccepteerd (84% van de kantoren), althans tot een minimum werktijd van 80%. De strafkorting – méér inkomen inleveren dan naar rato van de werktijdvermindering – komt praktisch niet meer voor. Faciliteiten voor oudere partners zijn er bij ongeveer één derde deel van de kantoren. De faciliteiten bestaan vooral in een (ruimere) mogelijkheid om parttime te werken of een flexibele inzet in de vorm van een adviseurschap.
De recessie heeft blijkbaar geen ingrijpende gevolgen gehad voor het gemiddelde partnerinkomen. Vier kantoren gaven aan dat het winstdeel de laatste drie jaar aanzienlijk lager was dan de jaren ervoor; bij zes kantoren was het aanzienlijk hoger. Bij 26 kantoren was het niveau van het winstdeel min of meer stabiel.
Slechts de helft van de kantoren hanteert een concurrentie- of relatiebeding voor partners. Bij de grotere kantoren is het aantal wat groter. “Overigens zijn er in de algemene uitkomsten van het onderzoek nauwelijks verschillen van betekenis tussen de kleinere en grotere kantoren,” zegt De Haas.
Aan het onderzoek namen 38 kantoren deel. In omvang varieerden de deelnemers van 5 tot meer dan 100 advocaten; gemiddeld was dit 27 advocaten. Een kleine helft van de kantoren is nog steeds een maatschap, de helft van de kantoren is een vennootschap (BV of NV), twee kantoren zijn inmiddels ingericht als coöperatieve vereniging. Bijna alle deelnemers hadden een commerciële praktijk. Het aantal partners bij de deelnemende kantoren varieerde van 1 tot 42 en was gemiddeld 8,7. Hiervan was 17% vrouw.
RaymakersvdBruggen is van plan het onderzoek in de loop van 2013 te herhalen.
De volledige rapportage – geanonimiseerd – kan à raison van € 90,- bij RaymakersvdBruggen worden besteld.