Het strafrechtelijk onderzoek naar voormalig topambtenaar van Justitie Joris Demmink zal circa een jaar in beslag nemen, meldt het Openbaar Ministerie. Het onderzoek is inmiddels gestart, na de uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden vorige maand; het hof gelastte het OM om Demmink alsnog te vervolgen op verdenking van verkrachting van twee destijds minderjarige jongens in Turkije, halverwege de jaren negentig.
Het strafrechtelijk onderzoek zal zich in ieder geval richten op de onderzoeksopdrachten die het gerechtshof heeft geformuleerd en op ‘andere aanwijzingen die samenhangen met de verdenking zoals het hof die heeft vastgesteld’. Het onderzoeksteam bestaat uit rechercheurs van de Rijksrecherche en zedenrechercheurs van de politie. Twee officieren van justitie vanuit het Landelijk Parket krijgen de leiding over het onderzoek.
Het OM verzoekt daarnaast de rechter-commissaris bij de rechtbank Den Haag om een onderzoek te openen. Die kan in dit kader dan ook zelf onderzoek verrichten naar de verdenkingen tegen Demmink. De reden dat het onderzoek vermoedelijk een klein jaar zal duren, is omdat het OM opsporingshandelingen moet verrichten in Turkije.
Justitie deed afgelopen najaar al onderzoek naar een document dat moest aantonen dat Demmink in die periode dat het misbruik plaatsvond in Turkije was, maar zei hiervoor geen bewijs te hebben gevonden, ook niet aan de hand van in- en uitreisdocumenten. Mede hierdoor zag het OM in december 2013 nog geen aanleiding om het onderzoek naar Demmink te heropenen.
Een met succes door de twee nu volwassen Turkse mannen gestartte artikel 12-procedure zorgde ervoor dat het gerechtshof het OM vorige maand alsnog dwong tot nieuw onderzoek.