De Nederlandse Vereniging van Jonge Strafrechtadvocaten wil dat het ministerie van Justitie en Veiligheid kosteloos ‘adequate rechtsbijstand faciliteert’ voor verdachten die een strafbeschikking van het OM krijgen aangeboden.
Het OM besloot eerder om vaker met strafbeschikkingen te werken in een poging de achterstand in strafrechtzaken in te halen, ontstaan als gevolg van de coronamaatregelen. De NVSJA toont zich waakzaam, en geeft aan dat de rechtsbescherming van verdachten hiermee in het geding dreigt te komen.
Daarnaast uit de vereniging in een brief aan de Tweede Kamer expliciet haar zorgen over het vaker toepassen van deze vorm van ‘buitengerechtelijke afdoening’. Volgens een persbericht van de vereniging bleek in het verleden namelijk dat er bij strafbeschikkingen ‘serieuze leemten in waarborgen voor verdachten zijn gesignaleerd’.
In het gedrang
Bovendien bespraken de advocatuur, het OM en het ministerie van Justitie en Veiligheid deze nieuwe werkwijze eerder. Volgens de NVJSA werd toen duidelijk dat het ministerie niet bereid is om rechtsbijstand actief te faciliteren. Het Openbaar Ministerie zet, zo stellen de jonge strafrechtadvocaten, de nieuwe werkwijze in bij zaken die normaliter worden beoordeeld door een onafhankelijke en onpartijdige rechter.
Een keuze die de overheid ertoe verplicht om ‘actief rechtsbijstand te faciliteren voor verdachten’, aldus de NVJSA. Bijvoorbeeld door te garanderen dat verdachten kosteloos een gesprek kunnen hebben met een strafrechtadvocaat, voordat overgegaan wordt tot een strafbeschikking. De NVJSA roept verder iedere verdachte op om altijd een strafrechtadvocaat te raadplegen wanneer sprake is van een strafbeschikking.
Onvoldoende inkomen
Een woordvoerder van het Ministerie van Justitie en Veiligheid geeft in reactie op de brief nog eens het overheidsstandpunt mee: “Als het gaat om gesubsidieerde rechtsbijstand, was er en is er in dit soort zaken geen verschil tussen een gang naar de politierechter of naar het OM. In beide gevallen moet de verdachte zelf beslissen of hij een advocaat wil. En in beide gevallen wordt gekeken of het inkomen voldoende is om de advocaat zelf te betalen, indien de verdachte een beroep doet op gefinancierde rechtsbijstand.”
Volgens het ministerie zijn er afspraken met de NOvA en het Openbaar Ministerie om verdachten – bij het krijgen van een oproep door het OM – actief te informeren over de gevolgen van de OM-strafbeschikking voor zijn of haar verklaring omtrent gedrag.