Het risicogestuurde toezicht van de Orde van Advocaten op kantoren die actief zijn in de gefinancierde rechtsbijstand is onvoldoende kenbaar voor advocaten. ‘Daarmee kan in deze tuchtzaak niet worden vastgesteld dat dit toezicht voldoet aan de vereisten van consistentie en zichtbaarheid en aan het gelijkheids- en het zorgvuldigheidsbeginsel,’ aldus het Hof van Discipline in twee beslissingen van 26 augustus. Komt bij dat de deken in deze zaken betreffende een ‘kritisch lid van de Orde’ volgens het Hof prematuur heeft gehandeld.
Door Lucien Wopereis
In het voorjaar van 2015 is op initiatief van de financiële unit van het bureau van de Nederlandse Orde van Advocaten door de dekens afgesproken om op landelijk niveau op basis van risicogestuurd toezicht onderzoek te doen naar advocaten en advocatenkantoren die financieel in de problemen kunnen komen door de bezuinigingen op de gefinancierde rechtshulp.
In het onderzoek worden advocaten en advocatenkantoren betrokken die in de referteperiode van 2012 en 2013 meer dan 51 toevoegingen hebben aangevraagd, en over wie ‘a-specifieke signalen’ zijn afgegeven door de Raad voor Rechtsbijstand. In het kader van dit onderzoek heeft de deken bij brief van 20 april 2015 aan het advocatenkantoor in kwestie verzocht om hem de jaarcijfers over 2012, 2013 en de conceptcijfers over 2014 toe te zenden.
Het kantoor stelt in een reactie dat er niets aan de hand is. ‘Het kantoor heeft altijd zwarte cijfers geschreven en heeft nimmer verlies gedraaid. Bovendien is er sprake van een uiterst positief eigen vermogen. Dit zal ook voor 2014 het geval zijn.’ De deken vind dit niet afdoende en herhaalt in een brief van 26 mei 2015 het verzoek om de eerder gevraagde jaarcijfers toe te zenden.
De deken en het kantoor blijven over en weer bij hun standpunt, en dat leidt tot een dekenbezwaar. Volgens de deken wordt hij, door de weigering hem de gevraagde stukken ter beschikking te stellen, belemmerd in zijn toezichthoudende rol. De Raad van Discipline is dat met hem eens.
Het Hof van Discipline is echter van oordeel dat het risico gestuurd toezicht door de deken onvoldoende kenbaar is voor advocaten. ‘Naar het oordeel van het hof heeft verweerster met betrekking tot dit op haar toegepaste risico gestuurd toezicht in zoverre terecht als bezwaar naar voren gebracht dat over de waarborgen met betrekking tot dit specifieke toezicht in dit dekenbezwaar onvoldoende informatie beschikbaar is. De deken heeft ter zitting verklaard dat tot dit toezicht en de criteria daarvoor besloten is in het landelijk dekenberaad, maar de notulen van dit beraad zijn niet openbaar te raadplegen, zodat de aan de keuze voor deze criteria ten grondslag liggende overwegingen niet bekend zijn,’ aldus het Hof.
Verder is niet vastgelegd hoe en door wie de financiële stukken die de advocaten kunnen worden ingezien, en evenmin wat het verdere traject is nadat de deken de stukken heeft bestudeerd. Het Hof suggereert dat daarvoor een protocol opgesteld moet worden.
Ook heeft de deken in deze zaak prematuur gehandeld, waarbij het Hof van Discipline opmerkt dat verweerster bekend staat als ‘kritisch lid’ van de Orde. ‘De discussie met verweerster, die zoals uit het voorgaande blijkt niet van enige grond ontbloot was, was toen (ten tijde van het indienen van het dekenbezwaar, L.W.) nog gaande. (…) Verweerster is kennelijk een kritisch lid van de Orde, maar de deken heeft haar verklaring dat zij altijd heeft meegewerkt aan kantoorbezoeken en in dat verband in het verleden steeds de door de deken gevraagde gegevens heeft verstrekt, niet weersproken.’