2008 zal de geschiedenis ingaan als het jaar van de kredietcrisis. Die crisis heeft vooral in de Verenigde Staten en Groot Brittannië grote gevolgen voor de advocatuur: er worden talloze advocaten ontslagen. In Nederland vallen de gevolgen voor de advocatuur vooralsnog mee.
De ondergang van de Amerikaanse investeringsbank Bear Stearns in maart 2008 kan worden gezien als de aanvang van de kredietcrisis. De 85 jaar oude bank maakte als geen ander furore met de tweederangshypotheken. De bank wordt met steun van de Amerikaanse overheid uiteindelijk verkocht voor 2 dollar per aandeel aan Wall Streetcollega JP Morgan.
In het najaar van 2008 wordt de volle omvang van de crisis ook in Europa duidelijk. Het onderlinge wantrouwen tussen banken is zo groot dat overheden op allerlei manieren moeten ingrijpen: banken worden genationaliseerd en enorme kapitaalinjecties moeten de economie weer vlot trekken. De gangbare voorspelling van analisten is dat het nog minimaal tot eind 2009 zal duren voordat de crisis is uitgewoed.
Kredietcrisis en de advocatuur in Nederland
In Nederland blijven (massa)ontslagen van advocaten vooralsnog achterwege. Er gaan enkele advocatenkantoren failliet (waaronder een paar transitiekantoren in de sociale rechtshulp), maar van een verband met de kredietcrisis is in die gevallen geen sprake.
Allen & Overy maakt eind februari – de Stand van Advocatuur 2009 ligt reeds bij de drukker – als eerste kantoor bekend dat er afgeslankt gaat worden: 29 van de 477 arbeidsplaatsen gaan verdwijnen aan de Apollolaan in Amsterdam. Er vallen geen ontslagen, de banen zullen verdwijnen via natuurlijk verloop, zegt de kersverse bestuursvoorzitter Arnold Croiset van Uchelen.
Daarnaast lijkt er – in de volle breedte van de advocatuur – vanaf augustus-september sprake van een hiring freeze. Meldde Advocatie.nl in januari nog de benoeming van ‘bijzonder veel partners’, vanaf de zomer droogt het aantal nieuwe advocaten en benoemingen van nieuwe partners bij de kantoren geleidelijk op. Overigens gaf het einde van het jaar 2008 weer een behoorlijk aantal partnerbenoemingen te zien.
De vraag is natuurlijk of dit zo blijft, of dat ook andere kantoren advocaten zullen moeten gaan ontslaan als gevolg van de kredietcrisis. Er zijn aanhoudende geluiden dat advocaten in de sectoren M&A en onroerend goed sinds najaar 2008 weinig werk omhanden hebben. Mocht de crisis nog geruime tijd aanhouden of zelfs verergeren, dan zal de Nederlandse advocatuur de dans niet ontspringen. Voor het notariaat, voor ongeveer 60% afhankelijk van onroerendgoedtransacties, wordt de noodklok al regelmatig geluid.
Er zijn cijfers die de neergang in de M&A onderstrepen. In het halfjaarrapport over 2008 van KSU-website Overfusies.nl is berekend dat de omvang van de deals in Nederland is gedaald van 96 miljard euro in het eerste halfjaar van 2007 naar bijna 44 miljard euro in het eerste halfjaar van 2008. In absolute aantallen daalde het volume van 421 deals in het eerste halfjaar van 2007 – het gaat om deals waarbij een Nederlandse partij betrokken is en de waarde minimaal 5 miljoen euro – naar 265 in het eerste halfjaar van 2008.
Internationale ontwikkelingen
In Groot Brittannië en de Verenigde Staten zijn de gevolgen van de kredietcrisis voor de advocatuur veel duidelijker zichtbaar. Persbureau Bloomberg meldt in augustus dat toonaangevende Amerikaanse advocatenkantoren in 2008 34% van hun omzet zijn kwijtgeraakt. Het inkomen van de partners, gemiddeld 1,5 miljoen dollar, daalt daardoor met 15%, aldus het persbureau.
In november wordt bekend dat income partners van de Amerikaanse gigant DLA Piper wordt gevraagd een bijdrage leveren aan de balans van het kantoor, oplopend tot 150.000 dollar per partner. Het kantoor wil op deze manier de afhankelijkheid van bankkrediet verminderen. Later eisen ook Britse kantoren van de partners dat ze investeren in het eigen kantoor.
De crisis leidt op grote schaal tot ontslagen, vooral in de VS. In januari 2008 ontslaat het tot dan toe een van de meest winstgevende advocatenkantoren van Amerika, Cadwalader Wickersham & Taft 35 advocaten. Het is de eerste aankondiging dat de Amerikaanse advocatuur iets te wachten staat. Het gaat daarna in rap tempo. Vanaf 1 januari 2008 tot en met begin maart 2009 hebben meer dan zevenduizend advocaten en vierduizend man staf hun baan verloren.
Er zijn ook advocatenkantoren die profiteren van de crisis. In december wordt bekend dat Linklaters per week meer dan een miljoen Britse ponden declareert voor de afwikkeling van het faillissement van de handelsbank Lehman Brothers. Het is vrijwel zeker dat het grootste bedrag aan fees voor een klus – Clifford Chance toucheerde 25 miljoen pond voor de herstructurering van British Energy, afgerond in 2005 – overtroffen zal worden.