De vergoedingen voor sociale advocaten gaan op de korte termijn niet omhoog. Een motie van de linkse oppositie hiertoe is dinsdag verworpen door een meerderheid van de Tweede Kamer, meldt het Advocatenblad. Enkele moties inzake de poortwachtersfunctie in het vernieuwde rechtsbijstandsstelsel en de vele zaken met de overheid als partij haalden wel een meerderheid.
De Tweede Kamer moest zich dinsdag buigen over twaalf moties die vorige week waren ingediend naar aanleiding van het algemeen overleg over de plannen van minister Dekker voor Rechtsbescherming voor de vernieuwing van het gefinancierde rechtsbijstandsstelsel.
In een van de moties stelden SP, GroenLinks, PvdA en Denk voor om de vergoedingen voor sociale advocaten zo snel mogelijk te verhogen, overeenkomstig de adviezen van de commissie Van der Meer uit 2017. De coalitiepartijen zien echter, net als Dekker, meer in heil in hogere vergoedingen als gevolg van het omlaag brengen van het aantal juridische procedures op toevoegingsbasis.
Ook de meeste andere moties van de oppositiepartijen werden verworpen, onder meer over het niet verhogen van de eigen bijdrage in het nieuwe stelsel en over de afstemming van eerstelijnsadvies met een advocaat.
Een motie van Tweede Kamer-lid Buitenweg (GroenLinks) haalde het wel: een Kamermeerderheid is het met haar eens dat het negeren van het advies van de toekomstige poortwachter – om al dan niet te procederen – geen gevolgen mag hebben voor het recht op gefinancierde rechtsbijstand. Minister Dekker had dit ter geruststelling al bevestigd tijdens het algemeen overleg van eerder deze maand.
Ook een motie van PvdA-Kamerlid Kuiken werd aangenomen: zij riep het kabinet op om met een plan van aanpak te komen om conflicten met burgers niet langer onnodig te juridiseren. Nu nog is in circa zestig procent van de procedures waarin een toevoeging wordt verstrekt, de overheid partij.