Het advocatenkantoor van Keje Molenaar en Carel Abeln, Molenaar Abeln, is uit elkaar gevallen. Abeln zelf (foto) en de drie advocaten Nicolet Don, Liza Sol en Martijn Zaal zijn formeel per 1 april 2016 toegetreden tot De Vos & Partners in Amsterdam. Molenaar is per 1 april een nieuw eenmanskantoor begonnen: hij werkt als advocaat en mediator vanuit zijn woonplaats Volendam.
Door Joris Rietbroek
Carel Abeln en Liza Sol versterken de sectie Ondernemingsrecht van De Vos, nadat naamgever Pim de Vos vorig jaar pensioneerde. De Vos is nog wel als adviseur verbonden aan het kantoor aan de Amsterdamse P.C. Hooftstraat. Nicolet Don is toegetreden tot de sectie Bouw & Vastgoed, Martijn Zaal werkt binnen de sectie Arbeidsrecht & Medezeggenschap.
Abeln en Molenaar werkten intensief samen sinds 2008, het jaar dat Molenaar partner werd bij het toenmalige Korvinus Abeln Advocaten. In 2011 vormden ze Molenaar Abeln, om enkele maanden later met Brada Kuttner te fuseren tot Brada Abeln LLP, het kantoor dat ze echter nog geen twee jaar later alweer de rug toekeerden om – tot dit voorjaar dus – het kleine kantoor Molenaar Abeln te vormen. Niet lang na hun vertrek ging Brada LLP failliet.
“Het was een fantastisch kantoor, maar wel met enkele onverantwoorde partners,” is alles wat Abeln daar nog over kwijt wil. Liever kijkt hij naar het hier en nu, nadat hij vorig jaar tegenover zijn voormalige compagnon Molenaar al eens had geuit dat hij met Molenaar Abeln wel weer tot een groter geheel zou willen behoren. “Met het team van Molenaar Abeln was niets mis, maar als kleiner kantoor met twee partners ben je toch wat kwetsbaarder,” zegt hij. “Toevallig bleek De Vos & Partners op zoek te zijn naar uitbreiding van de ondernemingsrechtpraktijk, dus dat viel mooi samen met mijn wens. Ik voel mij toch meer thuis in een grotere setting.”
Molenaar had er naar eigen zeggen juist geen zin meer in om weer bij een middelgroot kantoor aan de slag te gaan, zegt hij desgevraagd. “We wilden na acht jaar samenwerken ieder ons eigen weg gaan e ik heb het wel gehad met middelgrote kantoren.” Abeln begrijpt dat wel: “Keje is van nature altijd al meer een solist geweest. Ik ben meer een teamplayer.”