Er komt per 1 april 2021 een limiet op de lengte van processtukken in civiele dagvaardingszaken en verzoekschriftprocedures. De memories mogen dan maximaal ’15 tot 25 pagina’s’ lang zijn, zo staat in de nieuwsbrief van de afdeling civiel recht bij het Gerechtshof Amsterdam.
Update 19/12: een uitgebreider bericht van de Rechtspraak geeft meer uitleg over de maximale lengte van een document – 15 of 25 pagina’s -, afhankelijk van het processtuk waar het om gaat.
De landelijke procesreglementen worden de komende tijd aangepast op dit punt. Volgens de rechtspraak is er overleg geweest met de dekens van de Nederlandse Orde van Advocaten over de nieuwe regels, maar dit klopt volgens de NOvA niet helemaal: “De hoven hebben dit nieuwe procesreglement toegelicht bij het dekenberaad. Dat is niet hetzelfde als overleg of vaststelling samen met de dekens of de NOvA.”
De limieten worden ingevoerd om de ‘alsmaar uitdijende omvang van de procesdossiers een halt toe te roepen’, aldus de mededeling van het Amsterdamse hof. Door steeds dikkere dossiers neemt de behandeltijd per zaak immers fors toe, met het risico dat doorlooptijden verder oplopen in plaats van afnemen.
Uit de nieuwsbrief, zonder dat advocaten direct worden aangesproken: “Processtukken zijn vaak nodeloos lang en bevatten veel herhalingen. Processtukken die kernachtig zijn, zijn in het belang van een goede, zorgvuldige rechtspraak en dus van allen die daarbij betrokken zijn.”
In het buitenland is al langer sprake van dergelijke limieten. Zo kent het Hof van Justitie van de Europese Unie al jaren strenge beperkingen in de omvang van de processtukken. Alleen in juridisch zeer complexe zaken kan een betrokken partij verzoeken om uitgebreidere processtukken in te dienen.
De meningen van advocaten over de nieuwe regel zijn verdeeld. “Verplichten is misschien een stap te ver, maar als je overtuigingskracht stijgt als je bondiger bent, waarom zou dan niet minder pagina’s gebruiken?” zegt Jeroen de Mets op Twitter. “Ik ben voor bondige processtukken,” aldus Sascha Janssen. “Maar dat begint toch echt met heldere minder complexe wetgeving. De WWZ van @LodewijkA heeft bijvoorbeeld het procederen in arbeidsrechtszaken nodeloos ingewikkeld(er) en duurder gemaakt. Baal ik ook van als advocaat.”