Advocaat-partner Frank Delissen neemt afscheid van Dirkzwager op een wel heel bijzondere manier: in plaats van een stijve receptie met dames en heren in (mantel)pak, zwaait hij af met een heuse kunstexpositie in het Nijmeegse museum Het Valkhof.
De expositie heet ‘Im Frage‘ en is tot eind februari 2021 te bezoeken in museum Het Valkhof in Nijmegen. Daar staat een deel van Delissen’s eigen collectie hedendaagse kunst opgesteld; van jonge kunstenaars en op de grens van abstractie. Ter ere van zijn afscheid bij Dirkzwager op 1 januari 2021 zal hij bezoekende, voormalige cliënten persoonlijk rondleiden. Delissen: “Deze jonge kunstenaars verdienen het door het publiek bekeken en becommentarieerd te worden. Ik wil aanstormend talent een platform geven.”
Kunstliefhebber pur sang
Het originele afscheid komt niet helemaal uit de lucht vallen: Delissen is een ‘kunstliefhebber pur sang’, zo valt in het persbericht te lezen. De advocaat speurt galeries en beurzen af naar kunst van voornamelijk jong aanstormend talent. Doorheen de jaren heeft hij zo een imposante collectie abstracte werken (schilderijen, beelden, foto’s et cetera) verzameld en eerder al exposities georganiseerd.
De expositie is bovendien toepasselijk omdat Delissen de advocatuur achter zich laat om juist meer ruimte te creëren voor zijn kunstinteresse. Daarnaast pakt hij een studie filosofie op, wat volgens hem in lijn ligt met zijn belangstelling voor kunst: “Kunst en filosofie liggen heel dicht bij elkaar. De eerste mensen die over kunst en schoonheid nadachten waren filosofen. Ook de eerste kunstcritici waren filosofen.”
De advocatuurlijke handdoek in de ring
Hoewel Delissen dus de advocatuurlijke handdoek in de ring gooit, wil dit niet zeggen dat het advocatenbestaan hem is gaan tegenstaan. Hij licht toe: “De interesse in de advocatuur is ook, na ruim 36 jaar, niet verdwenen en ook aan energie ontbreekt het mij niet. In mijn advocatentijd was ik echter afhankelijk van weekenden om galeries, musea en dergelijke te bezoeken, en had ik geen tijd om bijvoorbeeld afstudeerpresentaties van de kunstacademies te zien. Dat wordt dus anders en dat geldt ook voor het lezen van filosofie.”
Delissen zal de advocatuur ook vooral missen, zo geeft hij tot slot desgevraagd aan. “Ik ga de hectiek missen; de spanning van een kort geding, het snel schakelen, het onderhandelen, maar ook het met cliënten meedenken over strategische kwesties,” stelt hij. “Er is eigenlijk niets uit het advocatenbestaan dat mij tegen staat, maar het allermeeste zal ik de reuring van het kantoor missen, de mix van jong en oud, het opleiden, het sparren en het samen bouwen aan de toekomst van Dirkzwager.”