Voor een bedrijfsjurist bij een woningcorporatie zijn het boeiende tijden. Als gevolg van de Herzieningswet (Novelle) ontkomen deze bedrijven immers niet aan nieuwe wet- en regelgeving en als gevolg van de parlementaire enquête naar woningcorporaties zijn er zeer waarschijnlijk meer wijzigingen op komst. Het Haagse Staedion bleef weliswaar buiten schot in de enquêterapporten, maar bedrijfsjurist Steven Lagendijk maakt zich er evengoed op voor de toepassing van nieuwe regels.
Door Joris Rietbroek
Het circa 380 medewerkers tellende Staedion mag zich een van de grootste woningcorporaties van het land noemen; in Den Haag en omgeving is een op de zeven woningen eigendom van het bedrijf (zo’n 36.000 huurhuizen in totaal), plus nog circa 4.000 overige objecten als winkelruimtes en garages. De corporatie beschikt daarnaast over afdelingen als ontwikkeling, makelaardij en VVE-beheer. Afgelopen zomer vond er een reorganisatie plaats binnen het bedrijf, waarbij tientallen banen verloren gingen en plaatselijke kantoren moesten sluiten.
Steven Lagendijk kwam in oktober 2009 in dienst bij Staedion. Aan het begin van zijn loopbaan hield hij zich bezig met de bestuursrechtelijke kant van het vastgoedrecht en werkte hij als juridisch consultant bij een gemeente (vergunningen in het kader van bouwen en wonen), de provincie Zuid-Holland (o.a. check van bestemmingsplannen, afhandeling van geschillen) en de Opta. Daarna was hij toe aan een verkenning van de civielrechtelijke kant van zijn rechtsgebied: hij ging in totaal anderhalf jaar aan de slag bij een bouwbedrijf om na zijn overheidservaring aan de kant van een opdrachtnemer juridische ervaring op te doen. Toen het door de economische crisis slechter ging in de bouw, stuitte hij in de herfst van 2009 op zijn huidige functie bij Staedion.
Kostenbeheersing
Sinds de reorganisatie bestaat de op het hoofdkantoor tegenover Den Haag CS werkzame juridische afdeling van Staedion uit drie juristen, onder wie Lagendijk. Er is sindsdien geen manager juridische zaken meer; de drie juristen van Staedion vallen onder het bedrijfsonderdeel Concernstaf en hebben direct contact met de diverse andere bedrijfsonderdelen, van Onderhoud & Projecten tot Vastgoed. Met een collega heeft Lagendijk voornamelijk huur- en vastgoedrecht in de portefeuille. Een derde jurist buigt zich voornamelijk over zaken gerelateerd aan ondernemingsrecht, arbeidsrecht en brancheregelgeving.
Met het oog op kostenbeheersing binnen de organisatie is de regierol van juridische zaken binnen Staedion recentelijk groter geworden, vertelt Lagendijk. “We trekken actief meer de regie naar ons toe, waaronder de inkoop van juridische dienstverlening. Voor enkele rechtsgebieden waar we veel mee te maken hebben zijn we momenteel op zoek naar nieuwe vaste partners.” Daarnaast zullen de Staedion-juristen meer zelf gaan procederen in de rechtszaal en niet meer iedere zaak uitbesteden aan een advocatenkantoor, zoals (huur)zaken die vallen onder de bevoegdheid van de kantonrechter.
Tot voor kort werd regelmatig per zaak bekeken bij welk advocatenkantoor deze het beste kon worden ondergebracht, van zaken over een ontruiming van een woning tot geschillen over de oplevering van bouw- of onderhoudwerk. “Als ik naar een advocaat ga, moet niet alleen zijn juridische kennis op orde zijn,” zegt Lagendijk over wat hij van advocatenkantoren verwacht. “Hij of zij moet bovendien efficiënt en kostenbewust werken: ik heb bijvoorbeeld totaal geen behoefte aan ellenlange memo’s, wel aan bondige, praktische adviezen, terwijl een advocaat natuurlijk alles juridisch wil dichttimmeren. Dat blijft soms een spanningsveld. Verder is het prettig als partners praktisch met je meedenken, ook buiten lopende zaken om. Je moet nu en dan eens kunnen bellen om kort te sparren of nieuwe jurisprudentie toegestopt krijgen, zonder dat er meteen zes minuten op de factuur staan.”
Afdelingen als klanten
Lagendijk werkt nauw samen met alle afdelingen binnen Staedion: “Feitelijk zijn zij onze ‘klanten’, naar wie we ons zo dienstverlenend mogelijk opstellen. Het is zaak om als het ware als een business partner tussen je collega’s te staan en hen te voorzien van passende juridische adviezen en oplossingen. Er wordt dan ook meer dan voorheen van ons verwacht dat we proactief meedenken en op de hoogte zijn van alles wat er speelt binnen het bedrijf. Ik vind het prettig dat je als bedrijfjurist in vergelijking met een advocaat heel dicht op de business zit. Je kunt er zo preventief voor zorgen dat er minder geschillen ontstaan, door goede algemene voorwaarden en contracten op te stellen.”
Collega’s weten de juristen van Staedion in ieder geval prima te vinden als er vragen zijn, zegt Lagendijk. “Daarbij houden we sinds kort een juridisch spreekuur, waarbij mensen zonder afspraak kunnen binnenlopen met vragen. Adviezen die we geven, zijn zoveel mogelijk geformuleerd in Jip en Janneke-taal; onze collega’s willen immers vooral weten of iets wel of niet mogelijk is.”
Gevolgen van nieuwe wet- en regelgeving
Als gevolg van de door de commissie Van Vliet gehouden parlementaire enquête naar het beleid binnen woningcorporaties (o.a. naar aanleiding van de wantoestanden bij Vestia), is verdere nieuwe wet- en regelgeving aanstaande. De commissie adviseerde onder meer dat corporaties hun activiteiten scherp afbakenen en teruggaan naar hun kerntaken: de bouw en het beheer van sociale woningen. Dit onder verscherpt toezicht en volgens prestatieafspraken tussen corporaties en gemeenten, aldus de aanbevelingen van de commissie.
In dat kader is het voor Staedion belangrijk om te weten of welke commerciële activiteiten een corporatie in de toekomst nog mag uitvoeren en in welke vorm, onderstreept Lagendijk. “De branche heeft behoefte aan duidelijkheid.”