Veel jonge advocaten hebben als doel om uiteindelijk partner te worden bij een kantoor. De weg naar het partnerschap is vaak lang en kenmerkt zich door onzekerheid en weinig transparantie. Maar ook het partnerschap en bijbehorende veranderingen zijn vaak onbekend bij de toekomstige partners. In de serie ‘Je wordt partner en dan…’ gaan wij hier verder op in en lichten wij een tipje van de sluier op.
Niet onverwacht
Vrijwel alle grote kantoren werken met een partnertraject met een in hoofdlijnen vastgelegde procedure. Na de benoeming tot medewerker begint het partnertraject. Jaarlijks of tweejaarlijks wordt aan iedere medewerker verteld of ‘hij of zij nog op de goede weg is’. De meeste kantoren hebben hiervoor een speciale commissie opgericht. Bij sommige kantoren wordt een rapport opgesteld waarin de medewerker wordt beoordeeld op basis van de ‘vennootcriteria’. Aan de hand hiervan wordt een algemeen oordeel gegeven met betrekking tot de perspectieven. In het vierde en vijfde medewerkersjaar wordt deze procedure geïntensiveerd en wordt vaak door een vaste commissie van partners een oordeel gegeven over de medewerker en zijn kansen op het partnerschap.
Iedere kandidaat partner wordt door een speciale toetredingscommissie voor een laatste maal beoordeeld alvorens de partnervergadering het eindoordeel mag vellen. De beoordelingscriteria zijn enigszins vanzelfsprekend: ‘Een partner moet beschikken over voldoende ervaringsjaren, vakkennis en een goed netwerk. Daarnaast moet een partner een goede jaaromzet voor zichzelf realiseren, maar ook werk en daarbij behorende omzet voor andere medewerkers genereren’. Ook spelen zaken als leidinggeven en organisatievermogen een belangrijke rol. Conclusie is eigenlijk dat een onverwachtse benoeming eigenlijk niet meer voorkomt bij de grotere kantoren.
Wel onverwacht
Bij kleinere kantoren is de partnerbenoeming minder strak geregeld. Door de grote onvoorspelbaarheid van de ontwikkeling van het kantoor en het ‘partnerverloop’ komt toetreding daar vaker onverwachts voorbij. Een medewerkster van een middelgroot kantoor geeft aan dat zij door het vertrek van twee partners in korte tijd opeens de mogelijkheid om partner te worden kreeg aangeboden. Dat terwijl haar kort daarvoor te verstaan was gegeven “Dat ze op goede weg was, maar dat ze nog wel geduld moest hebben.”
Kopieergedrag
Veel medewerkers lopen rond met de vraag wat zij nog meer kunnen doen dan alleen hard werken. Een veelgehoorde opmerking is: “Het is allemaal erg politiek, daar moet je wel goed in zijn.” Het is ook op het werk niet de makkelijkste tijd voor medewerkers. Zodra collega’s weten dat jij waarschijnlijk partner gaat worden gedraagt men zich toch anders tegen je en je hoort eigenlijk nergens meer echt bij. “Je gaat niet meer mee op medewerkerweekend, maar je collega-vennoten ken je eigenlijk ook nog niet”, aldus een aanstaand partner. Om zich aan te passen aan de nieuwe omstandigheden en verwachtingen steken veel medewerkers alvast hun licht op bij collega’s of externe adviseurs. De medewerker die wil gaan toetreden gaat daarom al meer op de partners letten en proberen hen enigszins in gedrag te kopiëren.
Vertrouwenspersoon
Thomas Laffree, segmentmanager Business Professionals bij Van Lanschot Bankiers herkent bovenstaande. “Wij krijgen vaak vragen van advocaatmedewerkers die graag advies willen over hun huidige financiële situatie, omdat ‘veel partners van het kantoor ook bij Van Lanschot bankieren’.” Echt kopieergedrag dus, maar op zich niet zo’n rare gedachte. Laffree geeft aan dat het zeker voor partners die dicht tegen toetreding aanzitten noodzakelijk kan zijn om met een private bank te gaan praten. “Bij toetreding komt er veel op je af en moet er het nodige geregeld worden. Het is verstandig om hier op tijd mee te beginnen in plaats van hals over kop beslissingen te nemen die je lastig kunt terugdraaien. Wanneer je al een (financiële) vertrouwenspersoon hebt als de toetreding een feit is, scheelt dit niet alleen tijd, maar dit komt ook professioneel over naar de partnergroep en het scheelt een hoop stress.”
Bewustwording
Ook Monique van de Griendt van Dialogue Coaching en Consultancy adviseert veel advocaten die gaan toetreden of net zijn toegetreden. “Veel advocaten zijn zoekende en zwemmen een beetje tussen medewerker en partner.” Dialogue Coaching en Consultancy kan helpen bij de bewustwording en geeft ondersteuning bij het schrijven van een businessplan. Vragen die daarbij aan de orde komen zijn bijvoorbeeld: ‘Wat ga ik doen als ik partner ben, wat zijn mijn prospects, wat wil ik veranderen, etc’. Ervaring bij een groot accountantskantoor heeft uitgewezen dat medewerkers die extern werden gecoacht en begeleid gedurende het partnertraject een grotere kans hadden op toetreding dan medewerkers die niet werden gecoached.
Voorbereiding
Hoewel de onzekerheid om partner te worden in vergelijking met vroeger wel minder groot is geworden, blijft het een spannende periode. Ook zijn er de nodige teleurstellingen te verwerken. Als je bijvoorbeeld als medewerker op een gegeven moment ontdekt dat je toch niet in aanmerking komt voor het partnerschap. Als iemand op dat punt is aangekomen zie je vaak dat een overstap wordt gemaakt naar een ander kantoor, vaak kleiner, waar men wel partner kan worden.
Diegenen die wel het partnertraject in zijn gegaan kunnen zich gelukkig prijzen. Een goede voorbereiding van toetreding tot de maatschap is het halve werk. In deel 2 van de serie ‘Je wordt partner en dan…’, dat in oktober wordt gepubliceerd, zal dan ook meer informatie worden gegeven over de dubbeldekker constructie, goodwill vs. ingroeien, financieren wel of niet.as