Zeg ‘sterfhuisconstructie’, en men denkt – althans binnen de juristerij – aan het debacle van het OGEM-concern, de energiemaatschappij die zich in de jaren zeventig van de vorige eeuw ontwikkelde tot investeringsmaatschappij en bouwconcern, en waarvan de voornamelijk nationaal opererende bouw- en installatiebedrijven in begin jaren tachtig door voornoemde ‘sterfhuisconstructie’ voor een faillissement werden behoed. Het Ogem-arrest van de Hoge Raad uit 1990 is nog altijd maatgevend in kwesties over wanbeleid. TBI is de ‘paraplu’ aan gezonde onderdelen die in 1982 ‘herrees’ uit de OGEM-boedel.
Door Micha Kat
Thans is TBI Holdings een van de grootste bouw- en installatiebedrijven van Nederland met bijna 10.000 medewerkers. “Bij TBI Holdings hier op kantoor werken nog steeds vier mensen uit de Ogem-tijd,” zegt hoofd Juridische Zaken Michiel Tromm. We bevinden ons hoog in de Wilhelmina-toren (96 meter) op de Wilhelminapier in Rotterdam aan de voet van de Erasmusbrug, boven de rechtbank, en kijken uit over de Maas. De Rotterdamse skyline wordt bijna maandelijks spectaculairder en Tromm wijst op enige door TBI uitgevoerde mega-projecten. Ogem ligt lichtjaren in het verleden.
Michiel Tromm kwam in 1997 bij TBI na een kleine acht jaar advocatuur. Nu geeft hij leiding aan een legal team van – met hem erbij – vier all-round juristen die allemaal (Cohen-)advocaat zijn. Deze groep verwerkt in principe de complete juridische workload voor de holding en de 60-80 TBI-dochters en ‘kleindochters’ die zijn verdeeld over de bedrijfsonderdelen Techniek, Bouw en Vastgoed.
In 2008 werd een omzet behaald van 2,4 miljard Euro. Tromm: “We vormen eigenlijk een soort juridische helpdesk voor de dochterondernemingen. Ons credo is echter: ondernemerschap aan de basis. Dat betekent dat de dochters eigen verantwoordelijkheid hebben, en ook kunnen kiezen voor een extern kantoor. Bij procedures ligt dat iets anders: dan worden wij in elk geval betrokken bij de advocatenkeuze en kunnen ook in overleg met de dochters bepalen dat we de procedure zelf doen.”
De legal groep
’Meewerkend voorman’ Tromm houdt zich met name bezig met ondernemingsrecht (op holding-nivo), M&A (recent vooral desinvesteringen) en bouwrecht. Hij rapporteert aan de voorzitter van de RvB, ir. G.J. Woudenberg. De overige Cohen-advocaten houden zich eveneens bezig met civielrechtelijke aangelegenheden in brede zin en het bouwrecht in het bijzonder. Alexander van der Stoep (afkomstig van Schaap & Partners) treedt daarnaast veel op als litigator (in arbitrages en procedures) en concentreert zich op zekerheidsrecht en insolventie/incasso’s, in de huidige crisis een belangrijke tak van sport. Tromm: “Het faillissement van bouwbedrijf Van Hogevest in februari had ook consequenties voor ons.”
Harmen Schouten (ex-Köster Advocaten) legt zich voornamelijk toe op arbeidsrecht en is sinds kort tevens bestuurder van het TBI Pensioenfonds. Chris Wijkamp tenslotte is het laatst bij de groep gekomen, maar is reeds een ervaren advocaat (bij Ten Hoopen Jonker Fresco). Tromm: “Hij is een echte litigator en legt zich daarnaast toe op projectontwikkelingsvraagstukken.”
Het legal werk
Het legal werk wordt ook bij TBI vandaag de dag deels bepaald door de crisis. Zo hebben Tromm en zijn team zich recent bezig gehouden met het garantiebeleid van de dochters richting opdrachtgevers. Tromm: “De dochters hadden soms de neiging risico’s door te schuiven naar de holding. Dat moest worden bijgesteld.” Ook zijn er veel reorganisaties, inkrimpingen en afstotingen. Tromm: “Voor de bouw ziet 2010 er niet best uit. Tekenend is een groot project waarvoor alles klaar lag om te gaan bouwen, toen bleek dat de projectontwikkelaar geen voorfinanciering kreeg. Toen kregen wij het verzoek de het project voor te financieren. We waren daarnaar aan het kijken, maar toen trok de eindgebruiker zich opeens terug.”
Een meer bijzondere zaak die nu veel tijd kost, is een IE-zaak die in Engeland speelt: een dochter van TBI, Fri-Jado (onder meer bakovens voor restauranthouders en retailers), is gedagvaard wegens vermeende patentinbreuk. Daags na het interview gaat Tromm voor deze zaak naar Engeland, waar hij zal spreken met de sollicitor en de ingeschakelde barrister. Dat geeft aan dat de zaak behoorlijk op de spits wordt gedreven.
Alle vier de juristen verzorgen daarnaast interne juridische opleidingen voor projectleiders, inkopers en werkvoorbereiders en een soort ‘juridische masterclass’ voor het hogere kader en jong (academisch) talent. Tromm: “De directeuren van morgen moeten ook een gedegen legal awareness hebben.”
Litigation
Door de decentrale structuur is het legal team bij de holding niet altijd (direct) betrokken bij alle litigations bij de dochters. Dat geldt voor de reeds genoemde Fri-Jado-zaak in Engeland, en de ‘reguliere’ bouwrechtzaken die worden uitgevochten via arbitrage of via een rechterlijke procedure. Het gaat dan om zaken als: geschillen met onderaannemers of opdrachtgevers, zoals onder meer het verwerkte materiaal of uitgevoerde werk, overschrijding van (betalings)termijnen en ruzie over de kwaliteit van materiaal. Recent werd een arbitrage tegen het European Patent Office gewonnen die weigerde te betalen voor uitgevoerd meerwerk. Deze zaak werd door het Nederlands Arbitrage Instituut (NAI) zonder meer beslist in het voordeel van TBI. Tromm heeft daarnaast ook goede ervaringen met de Raad van Arbitrage voor de Bouw.
Advocatenkantoren
Corporate Litigation is in goede handen bij De Brauw Blackstone Westbroek (Mark Ynzonides). In Engeland wordt in de Fri-Jado inbreukzaak gewerkt met het kantoor Manches. Loyens & Loeff is in Nederland eerste keuze voor het (notariële) ondernemingsrecht (Niek Zaman, Herman Kaemingk en Hans Savornin Lohman) en fiscale zaken.
In het bouwrecht is het kantoor Rozemond te Amsterdam favoriet (onder andere Bert van der Zijpp, Rob Bleeker en Bart van Ramshorst), maar als er sprake is van ‘infrastructurele aspecten’ of projectontwikkelingsvraagstukken wordt ook graag gewerkt met Straatman Koster (Bas van Schouwenburg). In IE-zaken wordt vaak gewerkt met Steinhauser Van den Brink Heezius Rijsdijk Advocaten (Paul Steinhauser). Vanaf 1 juli 2009 bestaat dit IE-kantoor met lange naam overigens niet meer. Paul Steinhauser en Michiel Rijsdijk gaan door met SteinhauserRijsdijk Advocaten.
Tromm: “Maar vlak ons niet uit: de arbitrage tegen het European Patent Office werd door onze eigen Alexander van der Stoep fraai bepleit en gewonnen!”
Dit artikel werd eerder gepubliceerd op de nieuwe KSU-website Bedrijfenjurist.nl