Het Openbaar Ministerie in Arnhem heeft woensdag in hoger beroep 25.000 euro boete en een voorwaardelijke celstraf van tien maanden geëist tegen voormalig notaris Marald Poort uit Arnhem. Hij wordt verdacht van valsheid in geschrift, belastingfraude en betrokkenheid bij witwassen. De Advocaat-Generaal wil verder dat hij een beroepsverbod van zes jaar krijgt.
Poort nam ruim tien jaar geleden de afwikkeling op zich van de erfenis van de weduwe van NSB-radiopropagandist Max Blokzijl, die na de Tweede Wereldoorlog werd geëxecuteerd. Tot de boedel behoorde de woning van de weduwe, die in korte tijd meerdere keren werd doorverkocht. Bij de eerste aankoop bedroeg de prijs 90.000 euro; na meerdere malen doorverkopen met behulp van twee makelaars bedroeg de koopsom bijna 340.000 euro. Poort passeerde steeds de bijbehorende akten en gaf aan de belastingdienst de prijs van 90.000 euro op.
Ook al heeft de notaris inmiddels zijn ambt neergelegd, toch eist de advocaat-generaal ook een beroepsverbod van zes jaar. “Het neerleggen van een functie is niet onherroepelijk. Het is niet uitgesloten dat hij in de toekomst een poging zal wagen om in zijn ambt weer benoemd te worden, dan wel als kandidaat-notaris ergens een betrekking in dit vak te aanvaarden.”
De rechtbank veroordeelde de ex-notaris op 1 oktober 2015 tot een werkstraf van 180 uur voor belastingfraude. Van valsheid in geschrift werd hij toen vrijgesproken. Zowel Poort als het OM gingen tegen deze beslissing in hoger beroep.
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden doet naar verwachting over twee weken uitspraak.