Deurwaarders moeten een exploot volgens de hoofdregel in persoon overhandigen aan degene voor wie het bestemd is, of aan iemand die zich op het adres bevindt. Maar als dit ‘feitelijk onmogelijk’ is, mag een deurwaarder een afschrift in een gesloten envelop achterlaten, aldus de Hoge Raad op 19 juni.
De uitspraak van de Hoge Raad volgt op de richtlijn die de beroepsorganisatie van deurwaarders (KBvG) dit voorjaar uitvaardigde als reactie op de corona-uitbraak. In deze richtlijn staat dat als een deurwaarder betekening van een exploot volgens de hoofdregel niet verantwoord acht in verband met mogelijk besmettingsgevaar, hij direct een afschrift van het exploot op het woonadres van de geadresseerde mag achterlaten, in een gesloten envelop. De deurwaarder hoeft in dat geval niet eens aan te bellen.
De Hoge Raad heeft nu in een beroep in cassatie tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland beslist dat deze noodoplossing van betekening wel degelijk rechtsgeldig is, ook voor de afgelopen periode sinds 16 maart 2020. De Hoge Raad legt hiermee het advies van advocaat-generaal De Bock naast zich neer: die concludeerde begin mei dat de noodwerkwijze tegen de wettelijke regels ingaat.
Voor haar beslissing van vrijdag baseert de Hoge Raad zich op de Verzamelspoedwet Covid-19, die inmiddels door het parlement is aangenomen. In artikel 1 van deze wet is bepaald dat betekening volgens de hoofdregel, dus door overhandiging van het exploot aan een persoon, geldt als ‘feitelijk onmogelijk’ zolang de richtlijnen van het RIVM voorschrijven dat personen afstand houden wegens besmettingsgevaar met het coronavirus.
Daarbij wordt erkend dat een deurwaarder, anders dan bijvoorbeeld een pakketbezorger, niet kan volstaan met het op de stoep achterlaten van zijn exploot. Hij moet bij de uitreiking ook een toelichting geven over de aard van het exploot en de mogelijkheden van de geadresseerde om erover contact op te nemen. Daarbij is het mogelijk dat de deurwaarder – gezien de aard van zijn werk – te maken krijgt met agressief gedrag. Het is daarom aan de deurwaarder om in een concrete situatie in te schatten of betekening door een persoonlijke overhandiging verantwoord is met het oog op de richtlijnen van het RIVM.
De wettelijke regeling geldt met terugwerkende kracht vanaf 16 maart 2020 en blijft in beginsel tot 1 september 2020 van kracht. De noodwerkwijze geldt ook voor betekening van exploten aan een kantooradres.