Na zijn vrijspraak diende multimiljonair Gerard Sanderink de rekening voor de gemaakte advocaatkosten in, die vrij hoog uitvielen: ruim 77.000 euro voor 245 uur. De rechter ging hier niet in mee en stelt het aantal uren bij naar beneden.
Afgelopen maart moest Sanderink voor de strafrechter verschijnen, voor het besmeuren van de ‘eer en goede naam’ van zijn ex-vriendin. Ook was er onenigheid tussen Sanderink en de voormalig adjunct-directeur van zijn bedrijf DSS. De Twentse zakenman zou zich onrechtmatig over hem hebben uitgelaten en moest zich verantwoorden voor de rechter. De politierechter oordeelde echter dat er voor beide aantijgingen geen bewijs was.
Sanderink diende vervolgens de rekening van zijn advocaat Paul Acda in bij de rechtbank; een rekening van in totaal 77.527 euro en 73 cent. De raadsman stuurde vervolgens ook nog een rekening van 550 euro voor het bespreken van de hoge rekening. Acda hoefde niet naar de rechtbank te komen om de rekening te bespreken; een videoverbinding volstond.
Complex en omvangrijk
Zijn argumenten voor de rekening waren als volgt. Acda en twee collega’s hadden 245 uur nodig gehad voor de volgens hem complexe en omvangrijke zaak. Hij rekende hiervoor zelf een tarief van 350 euro per uur, zijn collega’s kostte respectievelijk 250 euro en 175 of 200 euro per uur, het precieze bedrag kon Acda zich tijdens de zitting niet meer voor de geest halen. De media-aandacht die de zaak gekregen had en de grote hoeveelheid aan berichten droegen volgens hem bij aan het aantal uur dat nodig was geweest.
Het Openbaar Ministerie kon zich niet vinden in de argumenten van de advocaat. Volgens hen was het juist geen ingewikkelde zaak geweest, en was het aantal besteedde uren onzin. De Almelose rechtbank sluit zich bij het Openbaar Ministerie aan.
Bovenmatig en ruimhartig
Volgens de rechter is het aantal gedeclareerde uren ‘bovenmatig’; hij reduceert het aantal uren dan ook tot 56 uur. Ook het uurtarief is volgens de rechter nu ‘zonder meer heel ruimhartig te noemen’ en moet naar beneden, tot maximaal 250 euro per uur. De rechter merkt bovendien op dat het oorspronkelijke uurtarief maal het oorspronkelijk aantal gedeclareerde uren niet uitkomt op 77.527 euro.
De advocaat mag uiteindelijk een rekening opsturen van 14.000 euro, en krijgt een vergoeding van 680 euro voor het opstellen en behandelen van de rekening.
Lees hier de volledige uitspraak