Voormalig rechter Hans Westenberg moet advocaat Hugo Smit een schadevergoeding van ruim 1,4 miljoen euro (plus rente) betalen wegens smaad. Dit heeft het Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch dinsdag bepaald. De ‘bellende rechter’ had de advocaat ten onrechte beschuldigd van leugens over een telefoongesprek.
Aanleiding voor deze nu al meer dan vijftien jaar durende juridische loopgravenoorlog was het boek ‘Topadvocatuur. In de keuken van de civiele rechtspraktijk’ door publicist Micha Kat, uit 2004. In het boek liet Smit optekenen dat toenmalig rechter Westenberg halverwege de jaren negentig belde met advocaten – inclusief Smit zelf – in een rechtszaak rond bouwgronden bij Schiphol (de Chipshol-zaak).
Westenberg ontkende jarenlang zulke telefoongesprekken te hebben gevoerd en startte vanwege het interview een rechtszaak tegen de advocaat. Nadat hij in 2009 de procedure introk, spande Smit op zijn beurt een procedure aan tegen Westenberg en tegen de Staat, omdat hij zich door hen in zijn goede naam en in zijn werk als advocaat voelde aangetast.
Het Gerechtshof in Den Bosch oordeelde reeds in maart 2017 dat Smit ten onrechte door Westenberg was beschuldigd en dat de oud-rechter wel degelijk met de advocaat had gebeld. Een duur telefoontje, zo blijkt vele jaren later, want hiermee is hij aansprakelijk voor een groot deel van de schade die hij aan Smit heeft toegebracht.
Ook de Staat trof blaam, omdat de Raad voor de Rechtspraak in antwoord op Kamervragen over de kwestie had gesteld dat het handelen van de advocaat ‘niet door de beugel kon en schadelijk was voor het functioneren van de rechtspraak’. De raad heeft dit gerectificeerd nadat de Hoge Raad het oordeel van het hof had bekrachtigd: de uitlatingen waren bij nader inzien ‘onjuist en ongefundeerd’.
Een poging om onderling een regeling te treffen over de schadevergoeding mislukte. Daarom heeft het hof zich nu alsnog over de vaststelling van de hoogte van de vergoeding gebogen, met inachtneming van schadeposten als proceskosten, immateriële schade en inkomensschade.
Inkomensverlies grootste schadepost
Als gevolg van de beschuldigingen van Westenberg vertrok Smit bij Simmons & Simmons, het kantoor waar hij werkte. Het hof wijst een vergoeding voor de hierdoor geleden inkomensschade toe à 150.000 euro per jaar. Gerekend vanaf zijn vertrek bij het kantoor tot aan zijn pensioendatum gaat het om zeven jaar en acht maanden, ofwel 1,15 miljoen euro, vermeerderd met wettelijke rente.
Verder moet Westenberg de advocaatkosten vergoeden van de procedure die de advocaat zelf tegen de oud-rechter was gestart: die komen volgens het hof neer op zo’n 242.000 euro, gelet op de hoeveelheid werk die de advocaten van Smit hebben moeten doen.
Ook wijst het hof een immateriële vergoeding toe voor reputatieschade, à 25.000 euro. Door Smit per saldo weg te zetten als een leugenaar heeft Westenberg hem geschaad in zijn eer en goede naam, stelt het hof. ‘Hierdoor is ernstig afbreuk gedaan aan zijn geloofwaardigheid en betrouwbaarheid. Dit klemt te meer nu [appellant] in zijn eer en goede naam als advocaat is geschaad door een rechter.’
Ook vindt het hof dat Smit met enkel een rectificatie nog niet voldoende is gecompenseerd door de Staat, die daarom 5.000 euro moet betalen.
De Raad voor de Rechtspraak bevestigt in NRC dat de gehele schadevergoeding voor haar rekening komt, omdat Westenberg destijds ‘door zijn werkgever de Haagse rechtbank is gevrijwaard van kosten die het gevolg zijn van deze procedure omdat hij juridisch werd aangesproken als rechter in functie.’
Overigens had Smit in eerdere stadia van deze langdurige zaak 2,7 miljoen euro geclaimd van Westenberg.