Paul Acda, advocaat van de omstreden zakenman Gerard Sanderink, heeft in hoger beroep een fors hogere maatregel opgelegd gekregen dan eerder van de Raad voor Discipline. Omdat de advocaat zijn onafhankelijkheid onvoldoende bewaakte, is hij nu voor 26 weken geschorst, waarvan 22 weken onvoorwaardelijk.
Sanderink is al jaren in een verbeten gevecht verwikkeld met zijn ex-partner Brigitte van Egten. In mei en juni 2022 stort Sanderink in totaal 150 duizend euro op de derdengeldenrekening van zijn advocaat, die er vervolgens voor zorgt dat het geld terechtkomt bij de eigenaar van lastersites Onrecht.nl en Omrecht.nl. Deze sites publiceren vervolgens een groot aantal negatieve berichten over Van Egten.
Raad van Discipline
De Raad van Discipline vindt niet dat Acda al bij de eerste twee stortingen had kunnen of moeten weten dat het geld bedoeld was om een lastercampagne tegen Van Egten te kopen. Maar bij de derde storting had de link tussen de overboekingen en het direct daarop volgen van de negatieve publicaties duidelijk moeten zijn. Zonder nader onderzoek nam hij de ontkenningen van zijn cliënt voor waarheid aan. Ook voor de voorzieningenrechter, waar een verbod op de publicaties werd geëist, betoogde hij dat zijn cliënt niets met de berichten te maken had. De Raad van Discipline vindt dat hij daarmee tuchtrechtelijk heeft gehandeld.
De derde storting deed hij toen hij zich er naar eigen zeggen al niet meer senang bij voelde.
Omdat hij met zijn handelen het vertrouwen in de advocatuur heeft geschaad, legt de Raad hem een schorsing op van zes weken, waarvan vier voorwaardelijk.
Hoger beroep
Acda vindt dat hij zijn cliënt en diens partner voldoende kritisch heeft bevraagd over de publicaties op de lastersites. Hij vindt dat hij redelijkerwijs af mocht gaan op de ontkenning dat zij daar iets mee te maken hadden. Er was volgens hem geen reden om verder onderzoek te doen naar de link tussen de betaling en de publicaties.
Hij gaat daarom in hoger beroep. Dat komt hem duur te staan. Het Hof vindt dat hij zijn onafhankelijke rol als advocaat volledig uit het oog heeft verloren. Ook nadat hij door Paul Tjiam, de advocaat van Van Egten, erop is gewezen dat op de negatieve publicaties en de link met de betalingen, liet hij zich volgens het Hof nog altijd volledig leiden door zijn cliënt. Ook toen hij zich na de zitting bij de voorzieningenrechter niet meer senang voelde over de betalingen, heeft hij er toch bewust zijn medewerking aan verleend.
Ook al heeft Acda op de zitting gezegd dat hij met de wijsheid van nu weet dat hij fout heeft gehandeld, het Hof is er niet van overtuigd dat hij zich voldoende realiseert dat hij als advocaat zijn onafhankelijkheid te allen tijde moet bewaken, ook als dit een echt kritische opstelling richting zijn cliënt vergt.
De schorsing die het Hof oplegt is daarom fors langer: 26 weken, waarvan 22 weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.
Hof van Discipline ’s Gravenhage | ECLI:NL:TAHVD:2025:13