Ze noemt het ‘de criminalisering van de rechtspraktijk’. Volgens voormalig vicepresident en associate General Counsel van GlaxoSmithKline Lauren Stevens komen bedrijfsjuristen steeds vaker aan de andere kant van het beklaagdenbankje te staan. Ze kan er zelf over meepraten. In 2010 werd ze aangeklaagd voor het afleggen van valse verklaringen tegenover de Food and Drug Administration (FDA).
Aan de beschuldiging – van vier gevallen van het afleggen van valse verklaringen tegenover de FDA – ging een onderzoek vooraf naar de vraag of GlaxoSmithKline een antidepressivum had aangeprijsd als middel voor gewichtsverlies. Dergelijke ‘off-label’ marketing is niet toegestaan.
Uiteindelijk werd Stevens vrijgesproken. De rechter vond dat ze überhaupt nooit vervolgd had moeten worden. De uitspraak werd gezien als een aanklacht tegen de inspanning van de overheid om de schuld van vermeend wangedrag van bedrijven in de schoenen te schuiven van individuele personen.
De inmiddels gepensioneerde Stevens vertelt aan de Law Blog van The Wall Street Journal hoe het ooit zo ver kon komen. In 2002 vroeg deed de FDA navraag naar een van hun producten, Wellbutrin. Het agentschap vroeg of het bedrijf zich bezighield met off-label marketing. Stevens werd gevraagd te helpen bij het formuleren van een antwoord. Ze werkte veertien maanden aan de kwestie en schakelde een groot internationaal advocatenkantoor in om haar daarin bij te staan. De FDA begon een langdurig onderzoek in vijftien gebieden van het bedrijf. Op het gegeven moment stopte de correspondentie met de FDA.
In 2004 werd GSK gedagvaard door het ministerie van Justitie, wat leidde tot een enorm intern onderzoek. Daarbij werden ook verschillende advocatenkantoren betrokken. Het ministerie kwam de vragen van de FDA tegen en begon daar op te focussen en vragen over te stellen. Begin 2007 werd ze benaderd door een van hun externe advocaten, die haar adviseerde zelf een advocaat te nemen, omdat de overheid zich serieus bezig hield met de kwestie.
Ze vond het van de zotte. Er zou toch op zijn minst sprake moeten zijn van verkeerde bedoelingen, zoals het afleggen van valse verklaringen of het belemmeren van de rechtsgang? Ze kon er met haar hoofd niet bij.
De overheid kreeg het voor elkaar het beroepsgeheim te doorbreken en kreeg toegang tot alle documenten van de FDA. Ze probeerden hard te maken dat het bedrijf naar Stevens was gekomen om een cover-up te bewerkstelligen.
Voor haar liep het goed af, maar ze denkt dat andere bedrijfsjuristen in hetzelfde schuitje terecht kunnen komen. Lees voor haar tips aan haar vakgenoten het hele artikel bij The Wall Street Journal.