Advocaat Theo Hiddema mag zich op last van een dwangsom van 5000 euro per overtreding niet meer onheus uitlaten over een ex-cliënt. De rechtbank in Maastricht heeft dat vandaag besloten in een kort geding dat was aangespannen door de man.
Hiddema was korte tijd advocaat van de man die wordt verdacht van verduistering. Begin september 2009 meldde de ex-cliënt zich samen met de Kerkraadse vastgoedhandelaar Joep J. op zijn kantoor. De man stelde zich voor als een loyale getuige van de vastgoedhandelaar die ook cliënt is van Hiddema en verwikkeld is in een strafzaak wegens witwassen en fraude.
De advocaat raakte er snel van overtuigd dat de ex-cliënt zichzelf probeerde te redden ten koste van J., en zette hem zijn kantoor uit. In de media noemde hij de man nadien bij herhaling een “onbetrouwbaar sujet” en een “stuk addergebroed”.
De rechter beoordeelt deze uitlatingen in de relatie tussen advocaat en (ex-)cliënt als ongepast. “Dit brengt de voorzieningenrechter tot de slotsom dat [gedaagde] in elk geval vanaf heden zal tekortschieten in de nakoming van zijn contractuele verplichtingen jegens [eiser] als hij zich over hem publiekelijk onheus en of diskwalificerend uitlaat op de wijze en in de context als aangeduid in rechtsoverweging 4.2 van dit vonnis. Gelet op het spoedeisende belang zoals aanwezig geacht in rechtsoverweging 4.3 betekent dit dat er voldoende termen aanwezig zijn om de subsidiaire vordering – in zoverre – toe te wijzen.”
Update, uit De Telegraaf: Hiddema laat weten het vonnis aan te zullen vechten, hoewel hij daar zelf geen particulier belang bij zegt te hebben. “Mijn diepe achting voor de modelburger H. is genoegzaam bekend. Maar in het belang van alle mondige burgers in dit land zal ik toch hoger beroep instellen,” aldus de strafpleiter.